Jasad - het lichaam

'schrijvers en kunstenaars verdienen vrijheid'

Janiek Kistemaker • 19 sep 2010

‘Ik ben niet de Hugh Heffner van de Arabische wereld,’ zegt Joumana Haddad in het Turkse magazine Tempo, ‘ik ben veel gevaarlijker.’ Deze maand verschijnt haar nieuwste boek ‘I killed Sheherazade: confessions of an angry Arabic woman’ in maar liefst zes talen. Maar zij is allang wereldberoemd door vanuit Beirout - in het Arabisch - een glossy magazine uit te geven over erotiek en aanverwante onbesproken onderwerpen. Beslist een gedurfde onderneming in een deel van de wereld waar vrouwelijke seksualiteit nog overwegend in termen van mannelijk eigendomsrecht wordt gezien. Wat bezielt deze vrouw en hoe gevaarlijk is zij in werkelijkheid?

In december 2008 verscheen het eerste nummer van Jasad, bijna 200 pagina’s dik en bomvol artikelen over onderwerpen die in het Midden-Oosten geen bestanddeel van de dagelijkse conversatie vormen. Fetisjisme, seks, polygamie, maagdelijkheid, gedwongen huwelijken, homoseksualiteit, kannibalisme, zelfverminking, de porno-industrie, lustopwekkende recepten, seksuele praktijken in exotische culturen, erotische gedichten en korte verhalen van Arabische en internationale schrijvers. Verbindend element is het lichaam, - nadrukkelijk niet alleen het vrouwenlichaam - dat Haddad met haar magazine opnieuw zichtbaar en bespreekbaar wil maken binnen een cultuur die het tot een voorwerp van schaamte heeft gemaakt.

Ook al is de vorm waarin het blad gegoten is onmiskenbaar Westers, toch wijst Joumana Haddad de kritiek als zou zij Westerse seksuele mores in haar regio willen propageren resoluut van de hand. Zij ziet zich eerder in een traditie van vrijmoedigheid binnen de Arabische literatuur, zoals die bestond in een tijd dat zoiets in het Westen nog ondenkbaar was. En zij heeft een missie: ‘het verruimen van de horizon van de Arabische culturele scene’. Met grote zorgvuldigheid streeft Haddad ernaar haar magazine het imago van een serieus cultureel, intellectueel, wetenschappelijk en artistiek tijdschrift mee te geven. De gebroken handboei die het logo van Jasad karakteriseert is dan ook allerminst kinky bedoeld, maar als visuele verwijzing naar het bevrijdende van de inhoud van het blad.

Jasad heeft, in ieder geval op het internet, ruimschoots de aandacht gekregen die een toch wat elitair blad met een oplage van 3000 exemplaren verdient. Op de Libanese boekenbeurs, waar de glossy in 2008 werd gelanceerd, werd Haddad geconfronteerd met regelrechte agressie, maar ook daarna zijn de hatelijkheden – alweer op internet – nog altijd niet van de lucht. Kritiek komt uiteraard vooral uit religieuze kringen. Beirout is in dat opzicht een zeer multiculturele, bijna kosmoplitische omgeving, maar religieus fundamentalisme is in de hele regio sterk vertegenwoordigd. En Jasad richt zich in principe op het hele Arabische Midden-Oosten.

Toch is er ook vanuit een meer intellectuele hoek kritiek. Vandaaruit wordt Haddad vooral oppervlakkigheid verweten. In een open brief op het weblog van Bekhsoos, ‘a queer arab magazine’, roept een van de vaste schrijvers haar op om zich de politieke dimensie van haar missie duidelijker te realiseren. En zich te ontdoen van haar vooroordelen over het feminisme, dat zich in haar ogen niet met femininiteit zou verdragen. Tot dan zal haar magazine niet ‘gevaarlijk’ zijn, en dus ook niet bevrijdend, aldus het weblog.

De website van Jasad heeft een Engelse versie, die je hier vindt.
Joumana Haddad heeft ook een officiële website.
Met dank aan Corina Karstenberg.