FAIRY TALE FRIDAY: HANS EN GRIETJE

Karin Stolwijk • 2 mei 2014

U zat er misschien al op te wachten: LOVER’s Feminist Fairy Tale Friday. Wegens actualiteiten hadden we een kleine pauze ingelast, maar vandaag is het tijd voor de vierde beste inzending: Hans en Grietje, door Karin Stolwijk. Stolwijks versie van het oude Grimm-sprookje is een ‘what if’- bewerking. Wat als de moeder van Hans en Grietje besloten zou hebben om haar bloedjes van kinderen nu eens niét in dat grote enge bos achter te laten? Wat als ze besloten zou hebben om zelf een beter leven voor haar en haar twee kinderen te creëren? Dan zou de uitkomst wel eens heel verrassend kunnen zijn. Wij wensen u net zoveel leesplezier met Hans en Grietje als wij eraan beleefd hebben.

“Dit gebeurt me niet nog een keer”, dacht de moeder van Hans en Grietje. “Ik heb totaal tegen mijn eigen gevoel in gehandeld en me laten overhalen door de argumenten van mijn man, maar dit is de laatste keer geweest, ik doe het niet meer!!”

Een dag eerder had haar man haar deelgenoot gemaakt van zijn plannen: al weken had het gezin niet meer te eten dan een paar sneden droog brood per dag. De kinderen waren graatmager geworden en verzwakten zienderogen. Nog een paar dagen op deze manier verder en ze zouden onherroepelijk van de honger sterven. “Kun jij dat aanzien?”, had hij aan zijn vrouw gevraagd.
“Ik vind het vreselijk om onze kinderen zo te zien lijden”, antwoordde zij. “Ik ga nog liever zelf dood dan mijn kinderen zo te zien wegkwijnen!”. “Juist!”, zei haar man, “En daarom heb ik een plan: als we morgenochtend naar ons werk gaan nemen we de kinderen mee en we brengen ze naar een plek diep in het bos. We laten ze daar achter, en halen ze ’s avonds niet meer op.  Na een koude nacht buiten zonder eten zullen ze spoedig sterven. Beter voor hun, en beter voor ons!”

Hoewel haar hart huilde en haar hele wezen tegen de plannen van haar man inging deed ze toch wat hij van haar vroeg. Zoals afgesproken gingen ze de volgende morgen vroeg op pad. De weg liep door het bos, en op een stille, afgelegen plek zeiden ze tegen Hans en Grietje: “Kinderen, jullie mogen hier de hele dag lekker spelen. Wij gaan aan het werk maar vanavond halen we jullie weer op en dan hopen we zoveel geld verdiend te hebben dat we thuis eens lekker kunnen gaan eten!”
De kinderen keken even vreemd op, maar vonden het idee de hele dag in het bos te kunnen spelen wel aantrekkelijk. Vooral toen hun moeder hen haar boterhammen gaf en haar warme vest.

Ze kon de hele dag haar aandacht niet bij haar werk houden. Haar man en zij werkten bij hetzelfde houtbedrijf, beiden sorteerden ze gehakt hout op lengte en dikte. Ze vond het vreselijk werk! Geestdodend , lichamelijk zwaar en wat haar nog het meest kwaad maakte was dat hij voor hetzelfde werk meer betaald kreeg dan zij! Ze had haar ongenoegen hierover al eens bij hun baas geuit, maar die dreigde haar te ontslaan als ze niet snel ophield met klagen!
Soms dacht ze dat hij dat maar beter kon doen ook, want de salarissen werden zo onregelmatig uitbetaald dat ze nu al weken op droog brood leefden!

Op de terugweg naar huis moest ze onophoudelijk huilen. “Laten we de kinderen alsjeblieft ophalen”, smeekte ze haar man.  “Ik kan ze niet op die vreselijke plek achterlaten!”
“Wie A zegt moet ook B zeggen”, zei haar man. “We hebben nu eenmaal besloten, en daar blijft het bij! Uiteindelijk zul jij ook inzien dat dit de beste oplossing is!”
Bijna kotsend kwam ze thuis aan, ze ging er haast aan onderdoor!
Tot haar onuitsprekelijke geluk zag ze haar kinderen op de schommel voor het huis zitten!
“Hai mam”, zei Grietje. “Gelukkig ben ik zo slim geweest om onderweg allemaal witte steentjes te laten vallen, dus we konden de weg naar huis heel makkelijk weer terugvinden. Ik heb papa namelijk gisteravond tegen je horen praten en ik dacht, daar moet ik wat op bedenken!”
“O jij slimme meid”, huilde en lachte haar moeder tegelijk. “Wat ben ik gelukkig!”.

Toen de kinderen , zij het met knorrende magen, veilig in hun bed lagen, begon haar man opnieuw.
“Morgen doen we het nog een keer, maar nu zorgen we ervoor dat er geen steentjes meer worden geraapt onderweg! We brengen ze nog dieper het bos in zodat ze echt de weg naar huis niet meer terug kunnen vinden!”

Zonder veel morren stemde ze toe, maar ondertussen werkten haar hersenen op volle toeren!

De volgende morgen hoorde ze haar man al rommelen in de keuken, waarschijnlijk op zoek naar de laatste kruimels. In plaats van ook op te staan bleef ze in bed liggen.
“Waar blijf je toch”, riep haar man. “Het is tijd om naar ons werk te gaan! Hans, Grietje, opstaan!”
“Ik kan vandaag niet werken, wil je me ziek melden”, kreunde ze zacht vanuit haar bed. “Ik heb vreselijke hoofdpijn, ik kan echt mijn bed niet uit!”
Hij mopperde iets over “vrouwenaanstellerij” maar had al snel door dat hier niets aan te veranderen viel.
“Laat de kinderen maar thuis, dan kunnen ze me een beetje helpen”, zei ze. “Ons plan voeren we morgen wel uit”.
Haar man stemde toe. Hij was al laat, dus hij had geen zin meer in gezeur. Morgen dan maar.

Toen hij een kwartier weg was sprong ze uit bed, kleedde zich aan en riep de kinderen.
“Hans, Grietje, vooruit,opstaan. We gaan met z’n drietjes op stap”.
“Huh”, zei Hans, “Ik dacht dat je ziek was?”
“Niet meer”, zei zijn moeder. “ Wij gaan hier niet zitten wachten tot we doodgaan van de honger omdat de baas ons niet wil betalen, nee we gaan voor ons zelf zorgen! En ik ga geen beslissingen meer nemen waar ik niet achter kan staan alleen om je vader te vriend te houden, ik ga mijn eigen weg! Kom op!”

Het was uren lopen naar de dichtstbijzijnde stad. Onderweg aten ze van wat de natuur hen gaf: bessen, bramen, noten en af en toe een appel of peer die van de boom gevallen was.
Doodmoe kwamen ze net voor het sluiten van de poorten in de stad aan. Maar wat nu? Waar moesten ze naar toe?
De deur van de kerk stond open en binnen klonk zacht gezang. Moeder, Hans en Grietje schoven voorzichtig in de achterste bank. Het was heerlijk warm en het duurde niet lang of ze vielen alle drie in slaap.
“Mevrouw, wakker worden!”, iemand schudde zachtjes aan haar schouder. Met moeite opende ze haar ogen en keek in het vriendelijke, ronde gezicht van een oude vrouw.
“U kunt hier niet blijven, de kerk sluit zo meteen. U bent niet van hier, dat zie ik zo. Waar gaat u blijven vannacht?”
“Ik heb geen idee”, zei moeder, “Wij komen van ver en zullen vannacht buiten moeten slapen”.
“Helemaal niet nodig”, zei de oude vrouw. “Jullie kunnen met mij mee naar huis. “Ik woon boven het taartenwinkeltje, ik ben maar alleen en heb plaats genoeg”.

Ze konden hun oren niet geloven! Een vreemde die hen zomaar uitnodigde in haar huis. En even later konden ze hun ogen ook niet geloven: de oude vrouw woonde boven een winkeltje waar de heerlijkste taarten in de etalage stonden. Grote en kleine taarten in allerlei vormen en kleuren, versierd met chocolade, marsepein en prachtige toefjes slagroom. Cupcakes met bloemen, hartjes, een poezenkop of een naam erop gespoten. Ze waren in de hemel beland!
“Eet maar zoveel jullie willen”, zei de vrouw. “Er is genoeg”.
Toen ze eindelijk sinds weken hun magen weer vol hadden maakte de vrouw drie bedden klaar en vielen ze in een diepe slaap.

De volgende morgen werden ze gewekt met warme thee en vers gebakken cake en broodjes.
“Wat zijn jullie plannen?”  wilde de oude vrouw weten. “Trekken jullie verder of willen jullie hier blijven? In dat geval zal er wel gewerkt moeten worden. Ik ben al oud en het werk in de bakkerij en de winkel wordt me te zwaar. Ik kan heel goed hulp gebruiken.”
Moeder hoefde niet lang na te denken. Natuurlijk wilden ze blijven! De kinderen konden hier naar school en zij mocht aan het werk in de bakkerij en in de winkel! Beter kon het niet!

En zo leefden ze nog jaren lang en gelukkig in het kleine stadje. Moeder werkte hard en kon na enkele jaren het bedrijfje en het huis van de oude vrouw overnemen.  Ze leerde een aardige man kennen met wie ze een gelijkwaardige relatie kreeg maar ze koos ervoor in haar eigen huis te blijven wonen en hem slechts nu en dan te zien. Hans en Grietje gingen naar school. Hans bleek een talenknobbel te hebben en Grietje was een kei in wiskunde! Ze maakte naam door het schrijven van diverse wetenschappelijke artikelen die zeer goed ontvangen werden.

Via een collega hoorden ze dat vader heel verbaasd was geweest toen hij het huis leeg aantrof, maar het eigenlijk allemaal wel best had gevonden Zijn vrouw en kinderen waren toch een blok aan zijn been. Voor de vorm is hij ze wel even gaan zoeken en tijdens zijn zoektocht ontmoette hij in het bos zijn nieuwe vrouw. Het schijnt een heks van een mens te zijn!

Illustratie: Hansel and Gretel by Berzoturk