Gezond dik

Obesitas epidemie versus fat acceptance

Sanne Koevoets • 1 dec 2010

De rijksoverheid voert al een tijdje een miljoenencampagne tegen het oprukkende probleem van overgewicht. Mensen die volgens de BMI-schaal een teveel aan kilo’s hebben, zetten hun gezondheid op het spel en jagen daarmee de staat op kosten. Althans, zo wordt beweerd. Maar is lichaamsgewicht wel een betrouwbare indicator voor iemands gezondheid? De nuchtere blik van de Fat-acceptance beweging biedt verheldering.

Fat is a feminist issue. Dat is de titel van Susie Orbachs boek uit 1987 en tevens het uitgangspunt van de Amerikaanse fat-acceptance beweging. Niet alleen omdat veel vrouwen lijden onder onhaalbare verwachtingen ten aanzien van hun uiterlijk, maar ook omdat het verschil tussen ‘dik’ en ‘normaal’ machtseffecten kent en leidt tot nadelige sociale, psychologische en materiële gevolgen voor zware mensen.

EXPLOSIEF
In Nederland wordt er bezorgd gekeken naar dikke mensen. Het Kenniscentrum Overgewicht stelt dat overgewicht en obesitas zelfs ‘tot de belangrijkste volksgezondheidsproblemen van dit moment’ behoren. Volgens het Voedingscentrum is overgewicht zelfs ‘aan het uitgroeien tot een ware epidemie’. En het Convenant Gezond Gewicht, dat is afgesloten voor de periode 2010-2015, is gebaseerd op de opvatting dat overgewicht ‘wereldwijd een explosief groeiend probleem’ is. De onderliggende aanname van deze uitspraken is dat overgewicht an sich onwenselijk, ongezond, zelfs gevaarlijk is en bestreden dient te worden. Dus investeert de overheid miljoenen in de bestrijding van overgewicht en besteden burgers zelf vele miljoenen in de dieetindustrie om deze welvaartsziekte de kop in te drukken.

Maar wat is obesitas precies? Welke risico’s brengt het met zich mee? Wat zijn de oorzaken ervan? En, misschien de belangrijkste vraag, wat kun je eraan doen? Obesitas is een ernstige vorm van overgewicht gemeten langs de Body Mass Index (BMI)-schaal, die gebaseerd is op het relatieve gewicht in kilo’s per centimeter lichaamslengte. Een ‘gezond’ BMI ligt tussen de 18 en 25. Boven de 25 spreekt men van overgewicht en boven de 30 van obesitas. Bij een BMI van boven de 40 is er sprake van morbide obesitas. De genoemde (verhoogde) risico’s van overgewicht en obesitas lopen uiteen van diabetes (type 2) tot hart- en vaatziekten, en van osteoporose tot kanker. Op het eerste gezicht dus redenen te over om overgewicht en obesitas te bestrijden.

Maar daar zit nu juist het probleem. Vaak wordt aangenomen dat de oorzaken van overgewicht en obesitas bekend zijn: het Convenant Gezond Gewicht noemt overgewicht ‘primair een zaak van het individu’. Elk pondje gaat immers door het mondje, is de redenering. Het convenant heeft daarnaast oog voor maatschappelijke factoren die de keuzes van het individu op het gebied van voeding en beweging beïnvloeden. Het stimuleren van gedrag dat gewichtsverlies zou bevorderen, en het belasten van ongezonde voeding klinken dan als logische en wenselijke oplossingen van het probleem. Maar daarmee gaat de overheid voorbij aan een aantal cruciale bezwaren.

ZAKKEN CHIPS
De fat-acceptance beweging, een losjes georganiseerde groep van voornamelijk vrouwelijke academici, publicisten, activisten en bloggers, bekritiseert deze bovenstaande aannames rondom overgewicht. Ten eerste verwerpt ze de BMI als een betrouwbare indicator van overgewicht. Het BMI-Project van Kate Harding maakt zichtbaar dat de indicaties ‘overgewicht’ en ‘obesitas’ een veelheid aan lichaamsvormen kunnen omvatten die niet allemaal ongezond hoeven te zijn. Sterker nog, in de meeste gevallen voldoen deze lichaamsvormen absoluut niet aan het schrikbeeld van beperkend en immobiliserend overgewicht dat de term ‘obesitas’ oproept.(1) Ten tweede bevecht Harding de vooronderstelling dat overgewicht an sich een probleem is, behalve in de meest extreme gevallen. Niet de extra kilo’s zijn gevaarlijk, maar het ongezonde, vette en suikerrijke eten, en dat hoeft – anders dan men vaak denkt – helemaal niet aan elkaar gekoppeld te zijn. Onderzoek toont daarnaast aan dat ondergewicht veel meer risico’s met zich meedraagt dan overgewicht. Overgewicht kan zelfs beschermen tegen een veelheid van medische aandoeningen, waaronder, ironisch genoeg, diabetes type 2.(2) Het is dan ook onterecht om alleen bij mensen met overgewicht te wijzen op de gevaren van ongezond leven. Zakken chips leeg eten, is voor niemand gezond. Gewicht is geen betrouwbare indicator van levensstijl. De fat-acceptance beweging bepleit daarom dat risico’s op individuele basis in kaart gebracht moeten worden.

Iemands gewicht is volgens de fat-acceptance beweging immers net als lichaamslengte primair een zaak van genetische aanleg. Hoewel de overmatige beschikbaarheid van (ongezonde) voeding wel geleid heeft tot een gemiddelde toename van ons gewicht, hoeft dit op individueel niveau niet zo te werken – wie kent niet die slanke vriend of vriendin die dagelijks langs de Febo rent en evengoed geen grammetje aankomt? En dat leidt meteen tot de vierde pilaar van hun kritiek op het overgewichtsvertoog: onderzoek heeft keer op keer aangetoond dat diëten niet werken – althans niet op de lange termijn.(3) Niemand weet hoe je dunne mensen dik kunt maken en hoewel vaak anders gesuggereerd wordt, geldt dat ook voor het tegenovergestelde. Sterker nog, het zogenaamde jojo-effect kan uiteindelijk juist gewichtstoename en medische klachten veroorzaken bij mensen die er juist alles aan gedaan hebben om middels een dieet dunner en gezonder te worden.

VERKETTERING
De fat-acceptance beweging kaart ook de gevolgen van het wijdverspreide overgewichtsvertoog aan. De ‘obesity booga booga booga’ leidt volgens hen tot een verkettering van dikke mensen. Zo wordt ook in Nederland medische hulp (zoals operaties) soms uitgesteld tot de patiënt is afgevallen, dat gezien het bovenstaande niet altijd mogelijk is. Maar denk ook aan de dagelijkse veroordeling die dikke (in tegenstelling tot dunne) mensen te beurt valt als ze eten in het openbaar, of aan de zeer beperkte kledingkeuze die een toch significant deel van de bevolking tot haar beschikking heeft.

Daarnaast worden dikke mensen belemmerd in hun zelfontplooiing door ‘de fantasie van dun zijn’.(4) Vooral vrouwen zouden de neiging hebben om afvallen tot hun eerste prioriteit te verheffen, en andere dromen en plannen uit te stellen tot het moment dat zij een maatschappelijk acceptabel (en dus dun) lichaam hebben. Dik zijn wordt opgevat als een gebrek aan zelfcontrole en daadkrachtigheid, en een teken van luiheid. Wie een dergelijk beeld internaliseert, zal zichzelf niet snel een hoognodige vakantie gunnen of vinden dat hij of zij een promotie verdient.

De verspreiding van het gewichtsvertoog in populaire cultuur wordt ook aangekaart, onder andere door The Fatshionista.(5) Op haar blog kijkt zij kritisch naar de manier waarop dikke mensen gerepresenteerd worden in de media als in een constant gevecht tegen hun gewicht verkerend. The Fatshionista laat zien dat dikke mensen niet altijd in strijd hoeven te zijn met hun gewicht, maar juist de strijd moeten aangaan met het publieke vertoog. ‘This is it, yo. I am a fat person’, schrijft ze, waarmee ze aangeeft dat ze weigert zich te schamen voor haar gewicht, zich niet wenst te onderwerpen aan vermageringsregimes en zich niet schroomt om ruimte te claimen voor haar ideeën én haar lichaam. Haar blog biedt dus naast kritiek ook empowerment. 

STRANDVAKANTIES
Maar wat stellen de voorvechtsters van fat acceptance dan voor? In ieder geval niet hetgeen waarvan ze beticht worden: dat ze promoten dat dikke mensen lekker op de bank met een zak chips moeten blijven zitten, omdat het tóch niet uitmaakt. Fat acceptance gaat, precies zoals de naam al zegt, om het accepteren van je eigen lichaam, met of zonder vet. Zo heeft fat acceptance activist Linda Bacon de ‘Health at Every Size’ (HAES) methode gelanceerd.(6) HAES houdt een levensstijl in waarbij je eet wanneer je honger hebt, beweegt omdat het leuk is en geen strandvakanties laat omdat je niet in je bikini past. Een leven waarin je goed voor je lichaam zorgt omdat je goed in je vel zit, in plaats van je lichaam restricties op te leggen om strak in je vel te zitten. HAES is niet speciaal bedoeld voor dikke mensen – je volstoppen met junkfood is net zo slecht voor dunne mensen. Het is ook geen dieet: uit Bacons onderzoek bleek dat vrouwen die haar methode volgden op de lange termijn ongeveer op hetzelfde gewicht bleven, evenals de controlegroep die wél op dieet was. De dames van de HAES groep waren echter gezonder, actiever én hadden meer zelfvertrouwen.(7)

Noten:
1 http://www.reuters.com/article/idUSN3036700020070402?pageNumber=1.
4 Kate Harding: ‘The Fantasy of Being Thin’, 2007, gevonden via http://kateharding.net/2007/11/27/the-fantasy-of-being-thin/.
5 http://www.fatshionista.com.
6 http://www.lindabacon.org/haes.html.
7 Linda Bacon, Judith S. Stern, Marta D. Van Loan, Nancy L. Keim, ‘Size Acceptance and Intuitive Eating Improve Health for Obese, Female Chronic Dieters.’ Journal of the American Dietetic Association, Vol 105 (June 2005) Issue 6, pp. 929-936.