'We accepteren niet meer dat wit de norm is'

Een interview met activiste Mercedes Zandwijken

Anissa Buzhu • 7 sep 2016

In een knus huis in Amsterdam Oost tref ik de energieke Mercedes aan. Mijn te vroege aankomst leidt ertoe dat ik nog even door haar boekenkast mag neuzen. ‘Jij leest nu Fanon, toch? Ik wil graag Dubois lezen. Nog zoveel te lezen… Wat wil je drinken bij de lunch?’

Mercedes Zandwijken (1957) is een in de Pijp geboren Amsterdamse. Haar ouders komen uit Suriname, waar Nederland voor 400 jaar slavernij en kolonialisme verantwoordelijk is geweest. Heel lang heeft ze gedacht dat haar geschiedenis pas begon in de Pijp, omdat ze de geschiedenis van voor haar geboorte nooit heeft meegekregen. De slavernij is afgeschaft in 1863, dus de oma van Mercedes’ moeder zou hoe dan ook verhalen moeten hebben, vermoedt Mercedes. ‘Maar die verhalen zijn nooit verteld, want net als bij veel andere Surinaamse gezinnen, evenals binnen de Joodse gemeenschap geldt dat er over zo’n pijnlijk verleden niet gesproken wordt.’

‘Mijn ouders hebben heel snel geprobeerd te integreren – beiden twee banen overdag en ’s avonds, en dat combineren met acht kinderen. Ik merkte wel op school, op de basisschool, dat er iets niet klopte. Ik kon toen nog niet mijn vinger leggen op wat er niet klopte: ik werd structureel buitengesloten, nooit uitgenodigd op verjaardagsfeestjes, de meester hield overal kleine administraties van bij – wie heeft het bord schoongemaakt? Wie heeft de koffie opgehaald? En ik merkte dat ik evenredig veel minder aan de beurt kwam dan klasgenootjes. Naarmate ik ouder werd, werd ik ook meer recalcitrant en kreeg ik de indruk van de meester, en ook van mijn moeder, dat ik brutaal was. Maar als ik met de wijsheid van nu terugkijk op die periode en met andere activisten praat over onze lagere schoolperiode, blijkt dat we allemaal buitengesloten zijn geweest. Gediscrimineerd zijn geweest. Dat er gewoon sprake was racisme. Dat heeft mijn identiteit heel erg bepaald: ik ben heel strijdbaar geworden en ik ben ook boos.’

Op wie ben je boos?
‘Ik ben boos wanneer ik onrecht zie. Ik kom altijd op voor de underdog. Ik ga altijd bij de kwetsbaren zitten op een feestje. Het zit in mijn systeem, de gevoeligheid voor uitsluiting. En het is ook als een rode draad door mijn loopbaan heen terug te zien.’

Waarom denk je dat er nu veel geluiden zijn in Nederland over ras?
‘Nou, omdat de niet-witte mensen niet langer accepteren dat wit de norm is. Dat wit bepaalt hoe deze wereld moet worden aanschouwd en beleefd. Hoe je deelneemt aan deze samenleving. Heel lang hebben we allemaal meegedaan en het geleefd en ingeademd – ons hele zijn hier hebben we aangepast aan die witte norm. Maar nu is het klaar.’

Waarom nu?
‘Waarom nu… Het is nu klaar voor ons omdat ik denk dat de jongere generatie het niet meer pikt om als een tweederangsburger te worden weggezet. De generatie van mijn ouders en ikzelf hebben ons heel lang niet uitgesproken omdat we geen zin hadden in de reacties van wit die je dan weer terugkrijgt. Bijvoorbeeld: ‘Stel je niet als een slachtoffer op’, ‘Is het nou echt zo erg?’ of ‘Je moet niet achteruitkijken, je moet vooruitkijken’. Je werd eigenlijk in een soort dwangbuis gestopt als je je mond opendeed. Ze wilden je terugbrengen in hun narratief en de manier waarop zij de samenleving ervaren. Verschillende generaties hebben dit geaccepteerd en zich erop aangepast. Totdat de Zwarte Pieten-discussie losbarstte. Ik denk dat dat een kantelpunt is geweest. Wij kwamen namelijk aan het dierbaarste culturele feest van de Nederlanders. Omdat dat voor de zwarte gemeenschap de duidelijkste aanwijzing en het duidelijkste symbool was van het racistische karakter van de Nederlandse cultuur. Er is een clash gekomen. Maar ook het doorbreken van de stilte dat massaal werd, want het is niet zo dat we er 60 jaar lang niets over gezegd hebben. Mijn tante is 70 en heeft in de jaren 60 al een keer met stoomboot een zwarte Sinterklaas laten binnenkomen bij het Centraal Station.’

Wat was de reactie toen?
‘Doodgezwegen. De groep was te klein en ook niet sterk en niet empowered genoeg. Maar het werd geadresseerd. Gerda Haventong van Sesamstraat, ook zij heeft op Sesamstraat gezegd: ‘Pino, ik wil Zwarte Piet niet meer, want het doet mij pijn.’ Maar ook dat is toen weggeëbd. De huidige generatie gaat de straat op, keer op keer en opnieuw en dit jaar weer en nu al vier jaar lang.’

Wat doet dat met jou?
‘Vier jaar geleden was ik er erg geëmotioneerd door, maar nu ben ik erg strijdbaar geworden. Ik ben ongeveer vijf jaar geleden begonnen met het ontwikkelen van een traditie om stil te staan bij de herdenking en de afschaffing van het slavernijverleden.’

Het interview met Mercedes wordt volgende week vervolgd. Lees in dit tweede deel over haar activisme, initiatieven en toekomstvisie.

Anissa Buzhu is schrijver en heeft samen met nichtje en soulsister Shaima Brown, Brainy & Beautiful in het leven geroepen om een inclusief online platform te bieden voor en door andere zielen die zichzelf willen uiten via schrijven en delen wat er op hun hart ligt.

 


Gezocht: LOVER-donateurs. Lees je LOVER graag? Vind je het belangrijk dat de stem van het intersectionele feminisme ook in Nederland blijft klinken? Met een kleine bijdrage kun je ons al helpen. Kijk hier voor meer informatie.