Savannah Bay leest Ta-Nehisi Coates

Lenneke de Ruijter • 13 jun 2016

In hartje Utrecht ligt de boekhandel Savannah Bay. Een feministische schatkamer waaruit winkelmanager Lenneke de Ruijter maandelijks een boek kiest en recenseert voor LOVER. 

Deze maand is het de beurt aan Tussen de wereld en mij van Ta-Nehisi Coates (2015).

Het boek van Ta-Nehisi Coates heeft mij geraakt omdat het een persoonlijke kijk is op de manier waarop racisme wordt beleefd door een zwarte man in Amerika. Het boek is geschreven in de vorm van een lange brief aan Coates’ 15 jaar oude zoon, in een poging hem ervan bewust te maken hoe racisme de wereld regeert. Niemand heeft hem dat ooit uitgelegd en hij denkt dat zijn zoon steviger in zijn schoenen zal staan als hij dat wel leert. Het boek staat bol van anekdotes uit het leven van Coates zelf en tegelijkertijd is het verhaal ook literair gezien de moeite waard. De auteur heeft namelijk een prachtig gevoel voor taal.

Coates stelt in zijn relaas het lichaam van de zwarte man centraal. Racisme gaat uiteraard over het lichamelijke; de kleur van het lichaam is hetgeen waar mensen op worden afgerekend. Hij beschrijft dat ook de sancties van racisme tegen het lichaam zijn. Mensen worden in elkaar geslagen, gearresteerd, meegenomen en vastgezet. Vaders slaan hun zoons om te voorkomen dat de politie het doet. Verder refereert Coates naar ‘zwarte lichamen’ (‘black bodies’) als hij het heeft over de slachtoffers van racisme. Hiermee wil hij een nadrukkelijk onderscheid maken tussen lichaam en geest. Lichamen kunnen verschillen maar dat zegt niets over de geest. Ook voor het feminisme is dit een interessante insteek. Want ook daar is het onderwerp van discriminatie het lichaam; het vrouwelijke.

Wat Coates’ verhaal zo indringend maakt is dat het een heel eigen verhaal is. Maar het heeft ook zo zijn beperkingen. Doordat zijn verhalen voornamelijk over zwarte Amerikaanse mannen gaan, waarbij de anekdotes zijn doordrongen van Amerikaanse problematiek - denk bijvoorbeeld aan het harde leven in de ghetto’s en het verleden van de Civil Rights War – is het moeilijker om zijn verhaal te vertalen naar de Nederlandse context. Ook rept hij met geen woord over de grenzen die dagelijks worden overschreden bij vrouwenlichamen. Daardoor lijkt zijn verhaal wat eenzijdig, al is de boodschap nog zo sterk. Als hij meer een voorbeeld had genomen aan activistes als Audre Lorde dan had hij een duidelijke plek in kunnen nemen in het debat.

Audre Lorde koos altijd voor een heldere positionering. Daarmee zien zij zien dat ze zich bewust was van haar eigen privileges en van de problemen die er om haar heen waren. Zodra je die buiten beschouwing laat, zoals Coates in zijn verhaal doet, dan lijkt het alsof je de waarheid in pacht hebt. Maar dat is niet zo; het is vrijwel onmogelijk om namens een geheel volk te spreken. Graag had ik hem zichzelf zien positioneren aan het begin van het boek. Net zoals Audre Lorde schreef: “I am a black, lesbian, mother, warrior, poet.”

Hij eindigt zijn brief erg krachtig. Hij raadt zijn zoon aan om ten alle tijde bij zichzelf te blijven. De zwarte bevolking heeft een streepje voor omdat ze altijd hebben moeten vechten voor hun plek, zegt hij. De witte bevolking zal door de blindheid van hun privileges later vanzelf tegen de lamp lopen. Verwacht van dit boek geen vernieuwende theorieën over racisme, zoals de achterflap en verhalen van de uitgever wel beloven. Verwacht wel een persoonlijk relaas van een bezorgde vader aan zijn zoon met wringende beelden en verbazingwekkende verhalen.

Zowel de Nederlandse vertaling als het Engelse boek zijn op voorraad in de Savannah Bay. Kom langs of bestel ze online.

13-6-2016