Op zoek naar haar eigen feministische geschiedenis

Een interview met illustratrice Marloes Roskam

DSC03949
DSC03949
Maaike van Leendert (bestuurslid)

Kun jij je nog herinneren wanneer je een feminist werd en hoe dat gebeurde? Deze vraag kreeg illustratrice Marloes Roskam afgelopen winter van een van haar docenten aan de ArtEZ kunstacademie in Zwolle. Ze besloot er haar afstudeerproject van te maken. Zo ontstond haar boek The Feminist Diaries.

Het is nog heerlijk rustig als ik op zaterdagochtend even na achten arriveer in Zwolle om bij Marloes langs te gaan. In andere jaren vindt de eindexamenexpositie van ArtEZ-studenten plaats in de Grote Kerk in Zwolle. Door het coronavirus is er nu een beperkte expositie in het schoolgebouw, waar bezoekers ingedeeld zijn in tijdsloten. Ik ben de eerste die Marloes ontvangt en krijg een privérondleiding, die begint bij haar eigen werk: een grote, beschilderde muur met daarop verschillende exemplaren van haar boek, dat geheel draait om de vraag hoe en waarom zijzelf feminist geworden is.

Hoe ben jij feminist geworden?
‘Het is natuurlijk niet zo dat ik 20 werd en ineens dacht: nu ben ik feminist. Mijn feminisme is heel geleidelijk gekomen. Een van de eerste dingen waar ik aan dacht toen ik mezelf die vraag stelde, was een situatie uit mijn tienerjaren. Ik denk dat ik een jaar of 13 was toen mijn broer me erop wees dat ik mijn benen moest scheren. Daarop reageerde ik met: ‘Oké, is goed, als jij dat ook gaat doen.’’

Dus dat staat in je boek?
‘Ja, onder andere. Ik ben gaan terugdenken aan dat soort momenten. Als klein meisje had ik bijvoorbeeld al zoiets van: het is wel gek dat alleen meiden rokjes aan mogen of dat roze alleen maar voor meisjes is. Toen ben ik dat op een dagboekmanier gaan opschrijven en tekenen. Die stukjes heb ik uiteindelijk uitgewerkt. Ik heb er heel veel uitgegooid voor mijn boek, omdat die illustraties te veel over anderen gingen. Dit is echt mijn verhaal.
In mijn feministische werk wil ik hele basic dingen schilderen of illustreren die eigenlijk heel seksistisch zijn. Dat iemand zich moet scheren, of dat je nageroepen wordt op straat. Dat mensen naar mijn borsten kijken als ik praat. Die dingen gebeuren zo vaak dat ze normaal lijken. Door er werk over te maken, wil ik mensen erop wijzen dat het eigenlijk helemaal niet normaal is.’

Waarom is juist illustratie zo’n goed medium om dit verhaal mee te vertellen?
‘Het zit eigenlijk al in het woord: het is heel illustratief. Ik denk dat het vooral is omdat je een beeld oproept of een gevoel kunt oproepen zonder dat je er letterlijk tekst bij zet. Daardoor heeft het al gelijk een aanspreekpunt. Je kunt door het boek heen bladeren zonder de tekst te lezen en je voelt al gelijk waar het over gaat.’

Zijn er kunstenaars of illustrators die jou erg inspireren?
‘Ja! Van jongs af aan inspireren Frida Kahlo, Marina Abramovi? en Marlene Dumas me. Ik weet nog dat Dumas in 2014 een tentoonstelling had in het Stedelijk Museum in Amsterdam en dat ik daar toen heen ben geweest, dat vond ik zo gaaf. Toch heb ik eigenlijk pas de afgelopen anderhalf jaar veel vrouwelijke kunstenaars leren kennen. Dit komt ook door mijn uitwisseling naar Korea, waar mijn mentor aan de hand van mijn werk vaak zei: deze kunstenaar moet je even opzoeken. Ik kwam bijvoorbeeld in aanraking met Nicole Eisenman en Barbara Kruger. Of Lily van der Stokker, een Nederlandse kunstenares wiens werk heel vaak als stereotype vrouwelijk wordt gezien en daardoor zelfs als negatief of provocatief. Het is een beetje truttig en heel kleurrijk. Mijn werk is ook heel kleurrijk en gaat natuurlijk ook nog over feminisme, dus ik krijg ook vaak te horen dat ik ‘vrouwelijke kleuren’ gebruik. Terwijl niemand bij zwart en wit zegt dat het mannelijke kleuren zijn, dan maakt het helemaal niet uit. Ik vind dat heel typisch.’

Even terug naar het feminisme, wat is dat eigenlijk voor jou?
‘Voor mij is het heel plat gezegd: gelijkheid voor iedereen. Iedereen moet gelijke rechten hebben, gelijk behandeld worden. Het maakt niet uit of je man of vrouw bent, of iets daartussenin, of daarbuiten. Het maakt niet uit wat voor huidskleur je hebt. Het maakt niet uit wat je wel of niet kan door een beperking. Het maakt ook niet uit wat je gelooft of wat je politieke standpunt is. Op alle vlakken: iedereen is gelijk. Alleen wordt niet iedereen gelijk behandeld, dus moet er nu meer gefocust worden op iedereen die door de geschiedenis heen is achtergesteld, ook bij mannen. Voor mannen is body positivity ook belangrijk. Zij mogen ook hun emoties tonen en zichzelf zijn. Ik ben blij dat dat de laatste jaren ook meer aandacht krijgt.’

Heb je ook een doel met je feministische werk?
‘Ja, maar dat is heel idealistisch. Bij mijn boek hoop ik vooral dat andere feministen zich erin kunnen herkennen. Soms voelt het een beetje alsof je de enige bent die de hele tijd wordt aangerand of nagefloten, maar dat is niet waar. Ik hoop een beetje een unity-gevoel te creëren. Daarnaast hoop ik natuurlijk dat iemand die helemaal niet met feminisme bezig is en dit boek leest, denkt: hey, het is eigenlijk best gek dat ik dit doe of dat dat gebeurt.’

En nu ben je afgestudeerd. Wat ga je doen?
‘Boek twee maken! Dit was mijn verhaal, het volgende boek gaat over een vriendin met wie ik het vaak over feminisme heb. Ze heeft haar tekst al uitgeschreven. Bovendien wil ik dit boek echt laten uitgeven. Ik heb nu zelf boeken laten drukken, maar het zou tof zijn als het echt uitgegeven wordt.’

Ben je geïnteresseerd geraakt in The Feminist Diaries of wil je meer van het werk van Marloes zien? Check dan haar website of Instagram.  

Steun LOVER!
Vond je dit een goed artikel? Wil je dat Nederlands oudste feministische tijdschrift blijft bestaan? Laat je waardering blijken door een (eenmalige) donatie en help ons. LOVER draait uitsluitend op vrijwilligers en donaties. Elke euro is welkom en wordt gewaardeerd. Meer informatie vind je hier.