ALS DEPRESSIE ALS WAPEN WORDT INGEZET

Natasja van Loon • 8 mei 2015

Het is een verhaal dat menigeen bekend zal voorkomen: een werknemer die door afdelingsintriges of bedrijfspolitieke spelletjes depressief of overspannen raakt en in een arbeidsconflict belandt, waarna zijn mentale toestand als wapen tégen hem wordt ingezet. Het overkwam mijn ex-man toen hij bij een oud-werkgever aankaartte dat er in het bedrijf te grote financiële risico’s werden genomen. Pas later realiseerde ik me dat zijn ervaring geen incident was, maar gevolg van een systeem dat baat heeft bij zo groot  mogelijke machtsverschillen: ons eigen, huidige neo-kapitalistische systeem.

Wie begrip zoekt over de sociale gevolgen van onze kapitalistische prestatiemaatschappij komt al snel uit bij een van de twee Belgische psychiatrische professors die er al langere tijd kritiek op leveren: Paul Verhaeghe en Dirk de Wachter. Verhaeghe maakte furore met zijn opvattingen over het psychopathische karakter van onze huidige maatschappij, die hij als een patiënt op de divan legde, en waaruit hij opmaakte dat empathie in onze tijd van een deugd tot een zonde is verworden. Of in elk geval een eigenschap die als hoogst onpraktisch en nadelig wordt ervaren. Eigenbelang en kille berekening brengen je immers veel verder in dit systeem. Dirk de Wachter deed hetzelfde in zijn boek Borderline Times, waarin hij borderline niet als individueel maar als een maatschappelijk ziektebeeld omschrijft. Verhaeghe en De Wachter zijn inmiddels beiden boegbeelden geworden van een toenemend, vreedzaam verzet tegen de ontmenselijking binnen dit systeem, dat steeds meer mensen devalueert en uitsluit, dat gokken met gemeenschapsgeld beloont en integriteit en zorg voor anderen bestraft. En dat alles onder de vlag ‘participatiemaatschappij’.

‘Er is weinig fundamentele maatschappijkritiek,’ stelt De Wachter in het hierboven gelinkte interview. ‘De meeste kritiek wordt dan nog gedragen door hulpverleners. In Nederland zie je dat al een hele tijd, dat de hulpverlening fundamentele problemen aankaart.’ Hij noemt dat opmerkelijk, ik vind dat een understatement. Ik zou het eerder een gotspe noemen. Kijk naar onze artsen, die dankzij de pervertering van onze zorg nu meer dan de helft van hun werktijd kwijt zijn aan de administratieve verantwoording voor de zorgverzekeraars. Het is niet voor niets dat bezorgde huisartsen enige tijd geleden een manifest over onwenselijkheid van de enorme macht van de verzekeraars op de deur van het Ministerie van WVC spijkerden. En wie kent er inmiddels niet een verhaal over afwezige, vermoeide huisartsen die verkeerde diagnoses stellen?

De Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde (NVVG) luidde vandaag  de noodklok, bij monde van voorzitter Jim Faas. Volgens Faas vervaagt de grens tussen werkeloosheid en arbeidsongeschiktheid; er loopt bijna niemand meer rond van boven de vijftig die geen medische diagnose heeft, en ook steeds meer jongeren vallen uit door stress of andere ontwikkelingsstoornissen. Werkelozen krijgen zoveel druk opgelegd en worden zo effectief gedemoniseerd dat depressies bijna onvermijdelijk worden. Duidelijk is dat de scheve machtsverhouding tussen verzekeraars enerzijds en zorgverleners en patiënten anderzijds verstrekkende gevolgen heeft.

Dus wat rest de velen die zich in deze tijd een depressie ingedreven voelen? Voor degenen onder ons die gamen was er een game, Depression Quest, dat je leert hoe je ermee om kunt gaan. Depression Quest werd ontwikkeld door een vrouwelijke game-ontwerper die zelf ook met depressies kampt: Zoe Quinn. Wie het artikel van LOVER-redacteur Tim de Visser over GamerGate gelezen heeft, herkent haar naam misschien wel. Want Quinn betaalde een hoge prijs voor een dienst met een potentieel enorme maatschappelijke waarde die de officiële zorg zo schrijnend laat liggen. In zekere zin is haar verhaal de overtreffende trap van dat van de werknemer in een arbeidsconflict in mijn openingsalinea. Een verhaal waarin depressie op onthutsende wijze als wapen wordt ingezet.

Quinn had namelijk de pech dat de collega met wie ze een kortstondige verhouding had een obsessie voor haar ontwikkelde en zich na afloop van hun relatie tot een stalker ontpopte met maar één doel: Quinns reputatie vernietigen en haar zoveel mogelijk schade berokkenen. Tot zover – helaas – geen opzienbarend verhaal. Wat Quinn en GamerGate uitzonderlijk maakt, is dat Eron Gonji, Quinns ex-vriend, een leger van anonieme trollen tot zijn beschikking had en precies wist hoe hij dat moest inzetten. Gonji, die er ondanks Quinns tegenwerpingen heilig van overtuigd was dat ze was vreemdgegaan tijdens hun korte liaison, had dankzij hun relatie toegang tot een enorme hoeveelheid kwetsbare informatie. Elk woord dat Quinn hem ooit in vertrouwen had geschreven, over haar angsten, haar professionele hang-ups, seksleven, haar bekentenissen over familieleden en vrienden en alles wat een depressieprikkel voor haar kon zijn. Hij schreef een 9.425 woorden tellend document dat hij de Zoe Post noemde en waarin hij Quinn er onder meer van beschuldigt dat ze met een gamejournalist naar bed was geweest om een betere review van haar game te krijgen. Gonji bereikte zijn doel met angstwekkende precisie: hij ontketende een storm van online haat en verkrachtings- en doodsdreigementen die Quinn inmiddels gedwongen heeft om onder te duiken. Quinns nieuwe vriend verloor zijn baan door de GamerGaters, wiens campagne zich inmiddels uitstrekt tot elke partij en elke site die ook maar kritiek durft te uiten op de aanpak van de GamerGaters. Hun terreur strekt zich intussen zelfs uit naar diverse Amerikaanse Comic Cons, die de euvele moed hadden om GamerGate-T-shirts te verbieden, en zelfs de computergrootheid Intel, die onder druk van de bedreigingen alle links naar GamerGate-kritiek op hun website heeft verwijderd. En dat alles vanwege een game over depressie die toevallig door een vrouw met een wraaklustige ex is ontworpen. Zachary Jason van Boston Magazine sprak met de beide hoofdrolspelers, Quinn en Gonji, en schreef er een verontrustend verslag van dat tevens feilloos aantoont hoe giftig een wereld is waarin depressie als wapen ingezet kan worden: de long-read Game of Fear.

Een depressie, ongeacht of er aangeboren gevoeligheid of niet meespeelt, staat nooit op zichzelf en ontstaat nooit in een vacuüm. Omgevingsfactoren zijn zonder uitzondering de belangrijkste prikkel. Het is zelfs zeer waarschijnlijk dat de haat bij veel GamerGaters en hun grote broer de MRA’s deels voortkomt uit een door maatschappelijke uitsluiting veroorzaakte depressie. In de geprivilegieerde wereld van blanke heteroseksuele mannen bevinden gamers zich qua status aan de voet van de apenrots. In een wereld waarin compassie en empathie met de daaronder liggende partij onwenselijk wordt geacht, is haat dan nog het enige kanaal dat overblijft – dat is bij meer voorbeelden dan alleen GamerGate angstwekkend zichtbaar. En ja, dat is een psychopathische maatschappij, naar mijn idee. Eén die we met alle macht moeten kantelen.