De twee gezichten van pretty privilege
Wanneer je als mooi wordt gezien, zullen mensen je dat vaak en zonder schroom laten weten. Maar durf ik te zeggen dat mensen mij vaak vertellen hoe mooi ik ben? "Mooi" blijft natuurlijk subjectief, in dit artikel gebruik ik het om te verwijzen naar Eurocentrische schoonheidsidealen: jong, slank, wit, ronde borsten, cisgender, grote ogen, volle lippen en een gezond lichaam. Hoewel de definitie van schoonheid de afgelopen jaren wat ruimer is geworden, brengen deze kenmerken, als je eraan voldoet, nog steeds aanzienlijke voordelen met zich mee.
Dit fenomeen staat bekend als pretty privilege: de onuitgesproken voordelen die schoonheid iemand oplevert in sociale, romantische, academische en professionele contexten. Simpel gezegd, in een maatschappij die sterk gefocust is op uiterlijk, verwijst pretty privilege naar de sociale voordelen, kansen en voorkeursbehandeling die iemand krijgt op basis van hoe aantrekkelijk ze worden gevonden – of beter gezegd, hoezeer ze voldoen aan de heersende schoonheidsnormen.
In hoeverre ervaar ik eigenlijk pretty privilege?
De onzichtbare voordelen van uiterlijk
Ik kwam er al snel achter dat ik bevoorrecht ben op basis van mijn uiterlijk. Van jongs af aan kreeg ik complimenten over hoe schattig en lief ik eruitzag. Mijn babyfoto’s hingen zelfs in de etalage van de fotograaf en vreemden gaven mij als kind al vaak complimenten. Die bevestiging heeft ervoor gezorgd dat ik als kind veel zelfvertrouwen heb gekregen, en hoewel ik in mijn tienerjaren soms onzeker was, bleven mensen mij eraan herinneren dat ik er goed uitzag. Daardoor durfde ik me, zelfs in mijn onzekere tienerjaren, nog steeds uitgesproken te kleden en mezelf met vertrouwen te presenteren. Ook ontdekte ik dat ik met een glimlach vaak wegkwam met dingen waar anderen voor gestraft werden; een beetje lief lachen tijdens een presentatie leverde me meestal een voldoende op, zelfs als ik niet optimaal was voorbereid. Toch merkte ik dat het effect van mijn uiterlijk veranderde toen ik in mijn tienerjaren zwaarder werd, wat me onzeker maakte, maar ik bleef het vertrouwen uitstralen door te ‘’faken’’ en dankzij de uiterlijke kenmerken van mijn gezicht kon ik toch nog vaak rekenen op voordelen.
Dit zelfvertrouwen en de positieve aandacht zijn ook in mijn volwassen leven blijven bestaan. Nog steeds krijg ik complimenten over mijn uiterlijk van vreemden, die dan ook vaak hele gesprekken met me beginnen of op een andere manier aandacht van mij zoeken. De deuren worden, zowel letterlijk als figuurlijk, voor me open gehouden. Vrienden maken is voor mij nooit moeilijk geweest en ik merk nog steeds dat ik met een glimlach veel gedaan krijg. Het voelt als een soort vicieuze cirkel: omdat ik complimenten krijg, groeit mijn zelfvertrouwen, en dat straal ik dan weer uit, waardoor ik nog meer complimenten ontvang. Pretty privilege is een soort energie die zichzelf voedt: door alle positieve feedback voel ik mij waardevol en krijg ik het gevoel dat ik alles ook verdien wat ik wil en bereik. Geloven in jezelf maakt dat anderen ook geloven in mij.
Op romantisch vlak merkte ik ook al snel dat mijn uiterlijk in mijn voordeel werkte. Mijn datingapps waren nooit leeg, en wanneer ik me wat minder goed voelde, swipete ik gewoon even, wetende dat ik binnen no-time die zo geliefde complimenten zou gaan krijgen. Uitgaan betekende ook vaak dat drankjes voor me werden gekocht en dat mensen nieuwsgierig waren naar wie ik was. Deze aandacht kwam moeiteloos. De complimenten die ik kreeg over mijn uiterlijk werkten stimulerend en gaven mij een snel gevoel van tevredenheid.
Toen ik besloot mijn haar af te scheren, voelde ik voor het eerst echt hoe sterk die conventionele schoonheidsidealen zijn. De aandacht die ik voorheen kreeg, veranderde. Plotseling kwamen er andere soorten mensen op me af, vaak met vooroordelen over hoe vrouwen met geschoren hoofden zouden zijn: uitbundig, rebels, anders. Deze transformatie maakte me nog bewuster van de kracht van uiterlijk en hoe het sociale interacties beïnvloedt.
Toch blijft het feit dat mijn uiterlijk deuren voor me heeft geopend en me een bepaalde sociale voorsprong heeft gegeven. Pretty privilege is een realiteit die voordelen met zich meebrengt en ik ben me daar meer dan ooit bewust van.
Meer dan uiterlijk
Hoewel ik voordelen heb ervaren door mijn uiterlijk, heeft het ook negatieve gevolgen gehad die niet altijd zichtbaar zijn. Het voelt voor mij vaak alsof ik vastzit in de male gaze. Dit heeft geleid tot ongewenste aandacht, ongepaste opmerkingen en zelfs ongewenste aanrakingen, vooral van mannen tijdens het uitgaan of gewoon op straat. Daarnaast heb ik gemerkt dat mijn uiterlijk ervoor zorgt dat ik onderschat wordt, vooral in professionele en academische omgevingen. Mensen nemen me niet altijd serieus, of mijn kleding wordt bestempeld als "onprofessioneel", alsof mijn uiterlijk belangrijker is dan mijn capaciteiten. Vooral van andere vrouwen krijg ik vaak de kritiek dat ik arrogant overkom, waarschijnlijk door mijn zelfvertrouwen en opvallende stijl, wat weer bevestigt dat aantrekkelijke mensen soms als ijdel of zelfingenomen worden gezien.
Mijn uiterlijk heeft ook een tijdlang gezorgd voor een ongezonde relatie met mijn lichaam. Als tiener was ik geobsedeerd door mijn gewicht en uiterlijk, en toen ik zwaarder werd, voelde ik dat mijn pretty privilege afnam. Dit zorgde voor een diepe onzekerheid en een eindeloze vergelijking met anderen. Ik wilde er weer zo uitzien als de meisjes die nog steeds aan het schoonheidsideaal voldeden. Deze obsessie beïnvloedde hoe ik me kleedde, hoe ik mijn haar deed, en mijn behoefte om make-up te dragen. Soms durfde ik de deur niet uit zonder make-up, en droeg ik alleen jurken omdat ik bang was dat broeken mijn lichaam minder aantrekkelijk zouden maken.
Later, in mijn twintiger jaren, begon ik weer binnen de schoonheidsnormen te vallen en kwam de aandacht die ik zo lang had gemist snel terug. Complimenten en bewondering gaven me een oppervlakkig gevoel van zelfvertrouwen, maar ik realiseerde me later dat ik niet alleen maar eigenwaarde wilde ontlenen aan hoe ik eruitzag. Vooral in de datingwereld was het belangrijk voor mij om mezelf eraan te herinneren dat ik meer te bieden had dan alleen mijn uiterlijk. Natuurlijk kreeg ik vaak wat ik wilde door mijn uiterlijk, maar ik besefte ook dat uiterlijk alleen niet genoeg is om een echte, blijvende connectie te maken. Ik moest mijn eigenwaarde en innerlijke kwaliteiten leren waarderen, omdat alleen daar blijvend zelfvertrouwen uit voortkomt.
Daarnaast voel ik voortdurend druk om altijd maar "mooi" te zijn. Mijn opvallende stijl zorgt er bijvoorbeeld voor dat ik bang ben om ooit iets simpeler te dragen, omdat ik vrees wat anderen daarvan denken. Als ik eens iets eenvoudigs aan zou trekken, zouden mensen me misschien saai vinden, en die angst beperkt me. Ook op intellectueel vlak voel ik vaak de noodzaak om mezelf te bewijzen. Mensen zijn vaak verbaasd wanneer ik goed presteer, alsof het een verrassing is dat ik naast mijn uiterlijk ook nog inhoud heb. Dit bevestigt voor mij het "bimbo-effect": mooie vrouwen worden vaak niet serieus genomen en gezien als oppervlakkig, ondanks hun capaciteiten.
Dit effect beperkt me niet alleen professioneel, maar het reduceert me ook tot een object dat vooral gewaardeerd wordt om haar uiterlijk. Soms voel ik me gereduceerd tot mijn uiterlijk, alsof dat het enige is wat telt. Mannen gaan ervan uit dat ik opensta voor seksuele opmerkingen of aanrakingen, simpelweg omdat ik aantrekkelijk ben. Deze objectivering kan diep kwetsend zijn en creëert een gevaarlijke dynamiek waarin ik constant mijn grenzen moet bewaken.
Het complimenteren van vrouwen op basis van hun uiterlijk ervaar ik soms als een subtiele vorm van controle. Het versterkt de maatschappelijke normen die bepalen hoe vrouwen eruit moeten zien. Als vrouw die aan deze normen voldoet, voel ik vaak extra druk om dat ideale plaatje in stand te houden, wat kan leidt tot een verstoorde relatie met mijn lichaam en onzekerheden. Complimenten, hoewel positief bedoeld, kunnen daarmee soms een dubbele boodschap overbrengen: ik ben pas waardevol als ik voldoe aan het schoonheidsideaal.
De last van pretty privilege
Iedereen vindt het fijn om erkend te worden, maar erkenning op basis van uiterlijk kan al snel oppervlakkig en zelfs vernederend aanvoelen. Het effect ervan is vaak vluchtig. Wat deze opmerkingen over uiterlijk zo fascinerend maakt, is dat er weinig over gesproken wordt. Een mogelijke reden hiervoor is, in ieder geval voor mij, dat ik besef dat mijn aantrekkelijkheid mij voordelen oplevert die ik niet zomaar wil opgeven. Het lijkt absurd om te klagen over iets wat gezien wordt als een ‘’eerste wereldprobleem.’’ Maar als ik de keus zou hebben zou ik er nooit voor kiezen om minder aantrekkelijk te zijn.
Het meest zorgwekkende aan pretty privilege is dat het de verwachting creëert dat vrouwen altijd perfect verzorgd moeten zijn om aan het ideaalbeeld van de mannelijke blik te voldoen. Vooral BIPOC-vrouwen en transvrouwen ervaren extra druk om hun uiterlijk aan te passen. Ze moeten vaak langer besteden aan het stylen van hun natuurlijke haar, en investeren in dure make-up of kleding, omdat de standaard voor wat "toonbaar" is, meestal is afgestemd op witte, cisgender lichamen. Wat als acceptabel wordt gezien voor een witte cis-vrouw kan heel anders zijn dan wat als acceptabel wordt beschouwd voor iemand die niet aan datzelfde ideaalbeeld voldoet.
Pretty privilege kan dan ook niet los worden gezien van het patriarchaat. Het bevestigt en versterkt de ongelijkheid in verwachtingen en waarde die aan vrouwen wordt toegekend, afhankelijk van hun uiterlijk en hoe dicht ze bij het conventionele schoonheidsideaal komen.