Een kamer voor haarzelf
Over de postume roman van Janet Frame
Als er één schrijfster is op wie Virginia’s Woolf’s beroemde citaat van toepassing is over het hebben van een eigen kamer om te kunnen schrijven dan zou dat Janet Frame (1924-2004) misschien kunnen zijn. Deze Nieuw-Zeelandse schrijfster heeft taal en verhaal aangepakt om haar eigen beleving op te schrijven. Haar romans zijn een mengsel van gelezen boeken en gedichten, biografische elementen en heel veel herinneringen aan Nieuw-Zeeland. Deze zomer verscheen bij De Geus de Nederlandse vertaling van haar postume roman Een Andere Zomer.
De verwijzing naar Virginia Woolf kan ook op een andere manier worden gemaakt. Net als Woolf had Frame een psychiatrisch verleden. Haar natuurlijke verlegenheid en teruggetrokken gedrag werd gezien als een stoornis, waardoor Frame in een inrichting terechtkwam. Ze heeft daar elektroshock therapiën ondergaan en is ternauwernood aan een lobotomie ontsnapt. Haar schrijven heeft haar gered. Frame bleek een literair talent en hierdoor – maar ook doordat de psychiatrie gelukkig is veranderd – kwam haar verlegenheid in een ander daglicht te staan, namelijk in dat van de introverte kunstenaar.
De hoofdpersonages staan nooit ver af van Janet Frame zelf – hoewel er genoeg wordt gefingeerd. Haar bekendste werk – Naar het Is-land, Een Engel Aan Mijn Tafel en De Gezant van Spiegelstad – is een autobiografisch drieluik dat succesvol werd verfilmd door Jane Campion. Maar ook haar andere werk mag er zijn, zoals Gezichten In het Water, dat over haar tijd in de psychiatrische inrichting gaat, of Uilen Roepen, haar debuutroman over opgroeiende kinderen in een arbeidersfamilie. De romans worden stuk voor stuk gekenmerkt door een realiteit die wordt omgschreven vanuit de innerlijke beleving van de hoofdpersonages, waarbij vaak ruimschoots aandacht wordt gegeven aan de gedachten van de hoofdpersoon. Het is een perspectief en schrijfstijl die ook door Virginia Woolf werd gehanteerd en door die andere beroemde Nieuw-Zeelandse schrijfster, Katherine Mansfield.
Frame’s personages lijken vast te zitten in hun eigen gedachten. Alsof ze opgesoten zitten in een glazen huis kijken ze naar de wereld en vragen ze af of ze het wel allemaal goed hebben begrepen. Contact maken met de realiteit – of in ieder geval de werkelijkheid die zij delen met andere mensen - lijkt ze echter nooit te lukken. Wijfelend lijken ze voor altijd te moeten lopen op de grens van innerlijke beleving en sociale werkelijkheid, waardoor de wereld om hen heen meer dan bijzonder is en tegelijkertijd een barriére waar ze nooit over heen lijken te komen. Alles is van onbegrijpelijke schoonheid en tegelijkertijd weten de hoofdpersonen dat andere mensen dat nooit op een dergelijke manier zullen opvatten. Integendeel, de hoofdpersonages zijn doorgaans bang om voor dom versleten te worden. Ze leven daardoor in een isolement.
In Een Andere Zomer is dat niet anders. De hoofdpersoon is een schrijfster, Grace Cleave, die uit logeren gaat bij een recensent en zijn familie. Maar alleen al het wachten op de trein is een pijnlijke situatie voor Grace:
"Toen Grace de pijl volgde naar de afdeling Inlichtingen om zich te vergewissen van het perron en de eindbestemming van haar trein, boog de beambte zich over de aftandse balie en terwijl hij zijn vinger op en neer liet gaan langs een smoezelige kolom, zei hij mistroostig: - Perron zeven, aankomst op Centraal Station Relham om achttien uur acht.
Hij keek haar beschuldigend aan.
- Maar hebt u dan niet buiten op het bord gekeken?
- Jawel, zei Grace. – Maar ik wilde er zeker van zijn.
De beambte slaakte een zucht.
- Ja, dat willen ze allemaal, geen vertrouwen in het geschreven woord, ze moeten het iemand hardop horen zeggen. Ongeletterden."
Een ander thema in het werk van Frame is de herinnering aan Nieuw-Zeeland. Na haar eerste literaire succes is Janet Frame naar Engeland verhuisd waar zij lange tijd heeft gewoond. Haar ervaringen zijn verwerkt in vrijwel al haar boeken, maar nergens is dat zo overduidelijk als in Een Andere Zomer.
Grace Cleave beschouwt zich als een trekvogel, waarbij ze herhaaldelijk een gediccht reciteert over grutto’s die een trektocht maken. Het is dan duidelijk uit het verhaal dat Grace Cleave zich ontheemd voelt. De trekvogel is echter geen dier dat haar terug zal brengen naar haar geboorteland, maar een vogel die altijd op reis is. De herinneringen worden gekoesterd, maar nergens lijkt Janet Frame te vervallen in ironie. Sterker nog, Grace Cleave is een personage dat zich koste wat het kost confronteert met de realiteit van een nieuw land. Gemakkelijk is dat niet.
"O nee, ik moet niet teruggaan in mijn herinnering, dacht Grace. Ik ben een trekvogel. Ik woon in Londen. Het Zuiderkruis loopt door mijn hart in plaats van de lucht, en ik kan het niet zien of eronder lopen, maar dat kan me niet schelen, kan me niet schelen. Ik melk geen koeien meer en zit niet meer de hele dag naar een kudde schapen te kijken en loop niet meer onder de afbladderende gombomen door die bij riviertjes en watervallen staan met beddingen van goudkleurige kiezels, wat een sprankelende lucht; ik heb nog nooit zo veel blad gezien, lente zomer, herfst en winter, ik ben bedolven onder blad, zie mijn hand omhoogreiken vanuit hun zachtheid: Help."
Soms laat Een Andere Zomer zich lezen als een ‘best-of’’ van Janet Frame, maar belangrijker is dat met deze postume roman nog één keer wordt getoond waar Frame goed in was. Het verweven van herinnering, beleving van de wereld en de liefde voor literatuur in een poëtische taal. Dat leest niet altijd gemakkelijk. Als lezer wordt je in hetzelfde isolement geplaatst als Grace Cleave, maar daardoor wordt de lezer wel getuige van een perssonlijke wereld die anders overschaduwd wordt door andere personages. Tevens heeft Janet Frame – die verbonden lijkt te zijn met haar hoofdpersonages - zichzelf daarmee de ruimte gegeven om te kunnen schrijven in haar eigen taal op haar eigen voorwaarden. Dat doet ze zo sterk dat het zelfs in de Nederlandse vertaling rechtop blijft staan. Een mooier afscheid van Janet Frame had ik me daarom niet kunnen voorstellen.
Een Andere Zomer, Janet Frame, De Geus (2010)