Een vrouw in een F-35 is geen feministische overwinning

Beeld door Kim Dijkstra
Beeld door Kim Dijkstra
Nienke Amarins Hettinga (redacteur)

Twee weken geleden plaatste het Instagram-account van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) een bericht waarin ze trots aangekondigd dat Noorwegen, na dertig jaar, weer een vrouwelijke gevechtspiloot heeft. De post luidde: “De eerste vrouwelijke F-35-piloot van Noorwegen zijn is natuurlijk leuk, maar het belangrijkste voor mij is dat ik de F-35 mag vliegen, het is een baan waar ik zowel trots op ben als gemotiveerd door ben.” De reacties onder het bericht waren euforisch: “Go girl!”, “Girlpower!”, “I have a crush on her” en “Brothers and sisters in arms.”

Maar een vrouw achter de knuppel van een gevechtsvliegtuig, dat bommen werpt op andere vrouwen en kinderen, is geen overwinning voor het feminisme. Een vrouw die leert doden in dienst van een militair-industrieel complex is geen stap richting bevrijding, maar weer een voorbeeld van hoe diep zelfs het feminisme ingelijfd kan worden in systemen die levens vernietigen.

Vrouwen als propaganda 

Dit soort symbolische vooruitgang noemen we ook wel feministische window dressing: een feministisch uiting over een systeem dat in de kern niets met feminisme te maken heeft. Door een vrouw in een militair uniform te hijsen en haar deelname te vieren als overwinning voor de gelijkheid, wordt de NAVO plots gepresenteerd als inclusief en progressief – terwijl het fundamentele karakter van het systeem onveranderd blijft. 

De aanwezigheid van vrouwen in geweld systemen maakt die systemen niet minder destructief. Het militaire apparaat, de NAVO inbegrepen, bestaat niet om vrouwen te emanciperen, maar om geopolitieke en economische belangen veilig te stellen. Die belangen gaan vaak ten koste van vrouwen elders: vrouwen die te maken krijgen met militaire interventies, economische instabiliteit, en structureel geweld als gevolg van buitenlandse inmenging.

Het inzetten van vrouwen ter legitimatie van oorlog is geen nieuw fenomeen. Denk aan de “We Can Do It!”-poster uit de Tweede Wereldoorlog, waarin Rosie the Riveter symbool stond voor vrouwelijke kracht. Deze afbeelding wordt vaak gevierd als feministisch erfgoed, maar was in werkelijkheid niets anders dan oorlogspropaganda. Vrouwen werden opgeroepen om wapens te maken en munitie te produceren, niet voor hun eigen bevrijding, maar voor de voortgang van het  nationale oorlog ideaal.

Dat de persoon die op de knop drukt een vrouw is, verandert niets aan de aard van het geweld. Het legitimeert het slechts, door het te verhullen onder de vlag van gelijkheid. Dat  is geen feminisme, dat is marketing.

Feminisme is geen gelijk recht om te doden 

De NAVO is geen genderneutrale vredesmacht. Het is een militaire alliantie die zich positioneert als verdediger van Westerse belangen. Dat betekent: militaire interventies in het Mondiale Zuiden, het ondersteunen van autoritaire regimes als dat economisch of strategisch gunstig is, en constante aanwezigheid in conflicten waarin macht en grondstoffen centraal staan.

Het idee dat gelijke toegang tot het leger op zichzelf feministische vooruitgang betekent, getuigt van een oppervlakkige interpretatie van feminisme. Feminisme is geen gelijk recht om te overheersen of oorlog te voeren. Het is een strijd voor gelijkwaardigheid, rechtvaardigheid, en het afbreken van de onderdrukkende systemen die ongelijkheid mogelijk maken, waaronder militarisme.

In dat kader is de vrouwelijke gevechtspiloot  een instrument in een systeem dat geweld mooier maakt dan het is en emancipatie retoriek inzet om zijn acties te legitimeren. Feministische taal wordt gebruikt als camouflage: als vrouwen meedoen, lijkt het minder gewelddadig, minder koloniaal, minder problematisch. Maar het blijft dezelfde oorlog met een vriendelijker gezicht.

Wanneer representatie niet bevrijdt

Een feminisme dat haar naam waard is, moet zich fundamenteel verzetten tegen kolonialisme, militarisme en geweld, ongeacht wie de trekker overhaalt. Het gaat niet om gelijke deelname aan onderdrukking, maar om het lef om de onderdrukkende structuren te bevragen en af te breken.

Vrouwen bevrijden betekent niet dat ze gelijke kansen krijgen om te bombarderen. Het betekent dat we de systemen die ongelijkheid, geweld en overheersing mogelijk maken, collectief onderuit halen, ook wanneer die structuren zich hullen in het uniform van vooruitgang. Want wat verandert er werkelijk voor de mensen onder de bommen, of die bom nu komt van een mannelijke of vrouwelijke piloot?

Steun LOVER!
LOVER draait sinds de start in 1974 volledig op vrijwilligers en donaties. Wil je dat een van Nederlands oudste feministische tijdschriften blijft bestaan? Help ons door een (eenmalige) donatie. Elke euro is welkom en wordt gewaardeerd. Meer informatie vind je hier.