Fast fashion en vrouwenrechten

Een feministisch probleem

Beeld door Suzanne Warringa3
Beeld door Suzanne Warringa3
Suzanne Warringa (redacteur / beeldredacteur)

Een tijdje geleden kwam ik een documentaire tegen over Brandy Melville (Brandy Hellville & The Cult of Fast Fashion): het populaire maar ook controversiële kledingmerk met de slogan: "one-size fits most”. De documentaire zette mij aan het denken over de spanning tussen de (fast) fashion wereld, zelfexpressie en schoonheidsidealen, maar vooral over de patriarchaal-kapitalistische systemen waarop de mode-industrie gebouwd is. Hoeveel zijn onze schoonheidsidealen en zelfexpressie ons waard als het over de ruggen van kwetsbare, vrouwelijke arbeiders in het Mondiale Zuiden en het klimaat gaat?

Fast fashion is bad fashion
Fast fashion - het zit ‘m in de naam - is kleding van slechte kwaliteit die snel, goedkoop en in ‘sweatshops’ geproduceerd wordt. De documentaire over Brandy  Melville belichtte voornamelijk  de desastreuze gevolgen die de fast fashion industrie voor het klimaat, vrouwen- en arbeidsrechten heeft. Modeketens zoals Brandy  Melville in de conventionele kledingindustrie willen gewoon zo veel mogelijk winst maken met zo weinig mogelijk kosten. Fast fashion daarom is goedkoop, overal te verkrijgen en speelt in op de modetrends die dan weer van de high fashion wereld afkomen. Hierdoor kan de consument altijd terecht bij fast fashion kledingwinkels voor de nieuwste trends voor de laagste prijs. Ik als dertienjarige met kleedgeld ging los in de H&M en kocht elke goedkope crop top en skinny jeans die ik kon vinden. Dat een dertienjarig meisje aan de andere kant van de wereld die kleding had gemaakt, en hoe, wist ik toen niet.

Vrouwenrechten, klimaatvervuiling en fast fashion
Als je kijkt naar de rol van vrouwen aan zowel het begin als aan het einde van de mode supply chain is die typerend voor de positie van vrouwen in de maatschappij. Van de pro­duc­tie tot de pro­mo­tie: vrou­wen­li­cha­men wor­den gebruikt in de textiel- en kledingindustrie. De ironie van feministische shirts en andere producten met soortgelijke boodschappen die in sweatshops worden geproduceerd is daarom natuurlijk extra dubbel. Is de persoon die in de winkel een goedkoop, hip shirtje ziet hangen met een boodschap waar ze achter staat, dan eigenlijk indirect verantwoordelijk voor de uitbuiting van de persoon die het shirtje maakte?

Zoals de definitie van fast fashion al eerder verklapte, is de mode-indu­strie een gigantische busi­ness die als doel heeft zoveel moge­lijk kle­ding te maken en te ver­ko­pen. Sneller, meer, goedkoper: de indu­strie kan eigenlijk alleen bestaan bin­nen een kapi­ta­lis­tisch sys­teem dat over­leeft door vrou­wen, kin­de­ren en ook man­nen uit het Mondiale Zui­den (ook wel ‘meerderheidswereld’) uit te bui­ten. Net zoals tij­dens de Europese kolo­ni­sa­tie maken wes­ter­se mode­mer­ken gebruik van hun eco­no­mi­sche macht en zet­ten ze de bevol­king in lan­den zoals India, Chi­na of Bang­la­desh onder druk voor hun eigen winst. Wes­ter­se mer­ken hebben het hier voor het zeg­gen, omdat er vaak onvol­doen­de arbeids­wet­ten en vak­bon­den zijn. Hier­door staan loka­le bevol­kin­gen onder grote druk. 80 tot 85% van de kledingarbeiders zijn namelijk jonge vrouwen van kleur tussen de 18 en 25 jaar, die meestal 14 uur per dag werken voor minder dan 3 euro per dag. Naast dat ze niet alleen weinig krijgen betaald, ontvangen ze meestal ook geen compensatie voor zwangerschaps- of ziekteverlof, en ook niet voor overwerk. Dit zorgt ervoor dat het voor hen vrijwel onmogelijk is om financieel onafhankelijk te worden van mannen, omdat ze nauwelijks genoeg verdienen om hun basisbehoeften te voorzien. Vrouwelijke werknemers in Bangladesh verdienen bijvoorbeeld maandelijks 62 euro. Schijnend is ook het seksueel misbruik dat veel van deze vrouwen ondergaan, vaak door mannelijke bazen of managers. In Vietnam bijvoorbeeld, waar vier op de vijf van de arbeiders in kledingfabrieken vrouw is, maakt het grootste deel bijna dagelijks seksuele intimidatie of geweld mee. Diezelfde vrouwen werken zes dagen in de week om eten op tafel te krijgen voor hun kinderen. Seksueel misbruik is dus voor hen gewoon part of the deal.

Het uitbesteden van kledingproductie zonder goede controles is precies wat leidt tot moderne slavernij. Deze neokoloniale houding is niet alleen te zien in de manier waarop het werk outsourced, maar ook in de manier waarop het haar afval dumpt. De fast fashion industrie uit het westen doet namelijk aan ‘afvalkolonisering’, waarbij westerse kledingmerken hun overtollige kleding dumpen (tweederde van de fast fashion productie wordt niet gebruikt) in arme landen. Ondanks greenwashing-initiatieven, blijft de modesector op weg naar een productieverhoging van 60% tegen 2030, wat leidt tot 50% meer uitstoot. En dat terwijl we eigenlijk jaarlijks 15% minder uitstoot moeten hebben om de klimaatdoelstellingen te halen. Het kapitalisme behandelt de aarde gewoon zoals het patriarchaat de vrouw behandelt: door extractie van grondstoffen en uitbuiting van arbeid.

Fast fashion en feminisme
Fast fashion is onmiskenbaar een feministisch probleem. Het berust zich op een systeem dat profiteert van de onzekerheden, machteloosheid en uitbuiting van vrouwen, in het bijzonder vrouwen van kleur in het Globale Zuiden. De mode-industrie maakt deel uit van een groter, kapitalistisch, patriarchaal en wit-suprematistisch systeem dat het comfortabele leven van vrou­wen uit de hoge­re klas­se in de wereld moge­lijk maakt door­ mil­joe­nen ger­a­ci­a­li­seer­de en uit­ge­bui­te vrou­wen in erbarmelijke situaties hun kle­ren te laten produceren. En de fast fashion wereld is dan nog een fractie van dat systeem, dat met haar neokoloniale neigingen altijd een voet in de deur heeft in het Mondiale Zuiden.

Als feministisch probleem, moet de fast fashion industrie ook een feministische oplossing hebben. Fatsoenlijke lonen, veilige werkomstandigheden, een sterke gezondheidszorg en bescherming tegen seksuele intimidatie zijn allemaal vrij logische oplossingen die er standaard zouden moeten zijn. Organisaties zoals Re/Make zetten zich hiervoor in, check vooral hun website! 

Maar hoe cliché het ook mag klinken, de oplossing ligt ook bij ons. Meer tweedehands kopen, minder fast fashion. Hoe meer wij ons bewust worden van de onderlinge samenhang van deze problemen, onze gewoontes dekoloniseren, en solidair zijn met de jonge vrouwen van kleur die onze kleding maken, kunnen we door middel van onze koopkracht een positieve invloed uitoefenen op de duurzaamheid en sociale rechtvaardigheid in de mode-industrie. 

Help je mee om 50 jaar LOVER te vieren?
Dit jaar bestaat LOVER 50 jaar. Sinds de start in 1974 draait LOVER volledig op vrijwilligers en donaties. Voor de jubileumactiviteiten zijn extra middelen nodig. Informatie over (eenmalig) doneren vind je hier


Meer LOVER? Volg ons op X, Instagram, LinkedIn en Facebook.