Stop de intimidatie voor abortusklinieken
Op 25 augustus was het weer raak: tijdens hun maandelijkse protest bij de Bloemenhove Kliniek in Heemstede hield een groep anti-abortusdemonstranten zich niet aan de gemeentelijke verordeningen. De demonstrant overschreed elke richtlijn door ín de voortuin van de kliniek mensen aan te spreken en een folder aan te bieden. Kliniekdirecteur Femke van Straaten postte een vlammend betoog voor eenduidig beleid voor bufferzones op LinkedIn: “Hoezo #bufferzone?!? Hoezo vrouwen* en hun partners met rust laten in hun besluitvorming?!? Hoezo persoonlijke levenssfeer respecteren?!?”.
Sinds de inwerkingtreding van de Wet afbreking zwangerschap in 1984, die het recht op abortus in Nederland regelt, heeft het debat over dit onderwerp niet stilgestaan. Een van de centrale debatonderwerpen van deze tijd is het aanwijzen van bufferzones. Een bufferzone is een gebied rondom een abortuskliniek waar niet geprotesteerd mag worden door anti-abortusdemonstranten. Deze zones worden ingericht om de bezoekers van abortusklinieken te bevestigen in hun zelfbeschikkingsrecht, en te beschermen tegen intimidatie. Aangezien het vaak gaat om een plek op de openbare weg, wordt met bufferzones zowel het recht op vrijheid van meningsuiting als het recht op demonstratie ingeperkt. Dit schuurt. Hoe zit het met deze inperking en is deze gerechtvaardigd?
Intimidatie vermomd als demonstratie
Het recht op demonstratie en de vrijheid om onze mening te uiten zijn fundamentele grondrechten en vrijheden waar we in Nederland trots op zijn. Het zijn echter geen vrijheden die onbeperkt uitgeoefend mogen worden. Zo bevat het Wetboek van Strafrecht een verbod op onder meer belediging en bedreiging. Deze bestaande beperkingen op het grondrechten van demonstratie en vrijheid van meningsuiting zijn ook precies waar voorstanders van bufferzones naar verwijzen als zij vragen om maatregelen tegen anti-abortusdemonstranten bij klinieken. Het is intimidatie vermomd als demonstratie.
Voorstanders van bufferzones betogen regelmatig dat het uitoefenen van het ene grondrecht door demonstranten inbreuk maakt op de rechten van kliniekbezoekers. Anti-abortusdemonstranties kunnen een grote emotionele impact hebben op kliniekbezoekers, die zich geïntimideerd voelen en daardoor hun keuze voor abortus niet in vrijheid kunnen uitvoeren. Maar waar zit precies de scheidslijn tussen demonstratie en intimidatie?
Hoewel we bij intimidatie al gauw denken aan bedreigingen, fysiek geweld en brandende fakkels bij een woning, zijn er nog veel meer vormen van intimidatie.
Intimidatie kan ook de vorm aannemen van een vriendelijk ogende oudere dame met een zachte stem die je vertelt dat het ouderschap je zo ontzettend mooi zou staan, of in de vorm van choquerende en medisch onjuiste afbeeldingen van zogenaamde foetussen. Intimidatie is een man die geen enkel woord tegen je zegt, maar je alleen maar koeltjes aanstaart terwijl hij een bordje vasthoudt waarop ‘abortus is moord’ staat. Intimidatie is ook de belofte dat het eerste jaar alle luiers zullen worden vergoed als je nú het besluit neemt om niet naar binnen te lopen. Het doel van al deze dingen is om je op zijn minst een schuld- of schaamtegevoel te geven – maar het allerliefst eigenlijk om je te overtuigen om toch af te zien van je beslissing. De gedachte van de anti-abortusdemonstranten dat zij beter weten wat goed is dan de kliniekbezoeker is paternalistisch en vooral: intimiderend.
Abortus = essentiële medische zorg
Voorstanders van bufferzones pleiten dan ook niet voor het afschaffen van het recht op demonstratie tegen abortus, maar op het beschermen van burgers tegen intimidatie. Een protest mag best choquerende leuzen hebben. Op het Malieveld staan met een anti-abortusbusje - dat verdacht veel op een ambulance lijkt – is geen doelgerichte intimidatie. Maar voor de ingang van een kliniek staan en elke persoon die eruitziet alsof die een abortus wil ondergaan op belerende wijze aanspreken of tot verantwoording willen roepen, is dat wél.
Wanneer bufferzones worden genoemd als oplossing is de onderliggende gedachte dus niet dat het anti-abortusstandpunt verboden moet worden, of dat anti-abortusmanifestaties in zijn algemeen niet meer mogen plaatsvinden. Dit valt onder hun vrijheid van meningsuiting. Waar het bij dit voorstel wél om gaat is dat kliniekbezoekers zonder enige angst of vooroordelen de kliniek binnen moeten kunnen komen. Toegang tot gezondheidszorg moet geen spitsroeden lopen en vrijheid van meningsuiting mag niet ten koste gaan van het recht op essentiële medische diensten – want dat is wat abortus is.
Patiënten die medische zorg willen ondergaan, hoeven zich niet te verantwoorden tegenover onbekende mensen die hen ongewenst aanspreken. Niemand is aan anderen medische informatie verschuldigd, en al helemaal niet aan wildvreemden. Een medische kliniek binnengaan en onderweg worden aangesproken op je gezondheidstoestand en je medische keuzes is dan ook een enorme inbreuk op de privésfeer. Deze inbreuk kan een emotionele indruk achterlaten die veel angst en schaamte oplevert en in sommige gevallen zelfs traumatiserend kan werken. Het is daarom van groot belang dat personen die op zoek zijn naar medische zorg worden beschermd tegen intimidatie.
Bescherming voor ongewenst zwangeren
Het beschermen van kliniekbezoekers wordt echter bemoeilijkt omdat er geen landelijk beleid is wat betreft bufferzones. De regels verschillen per gemeente. In sommige gemeenten is er überhaupt geen beleid en op andere plekken zijn de bufferzones van verschillend formaat. De beslissing overlaten aan de gemeenten heeft ertoe geleid dat sommige gemeenten een redelijk grote bufferzone hebben, en andere gemeenten een zone die nog niet eens reikt tot de andere kant van de straat. De huidige situatie leidt ertoe dat inwoners met een medische hulpvraag – in dit geval, de vraag om een abortus - in sommige gemeenten beter geholpen worden dan in andere. De toegang tot de gezondheidszorg is daarom niet voor iedereen gelijk. Iemand met een medische hulpvraag mag geen slachtoffer worden van gemeentelijk beleid. Intimidatie bij abortusklinieken is een nationaal probleem en daarom is er een nationale oplossing nodig.
Deze nationale oplossing kan bijvoorbeeld in de vorm komen van wetgeving die bufferzones rond abortusklinieken regelt. En ja, dat leidt tot een kleine inperking op het recht van demonstratie. Hoewel dit recht een groot goed is, is het niet allesomvattend. Het omvat namelijk niet het recht op intimidatie van kliniekbezoekers die op zoek zijn naar medische zorg. Als wij ons doodstaren op botsende rechten en het overlaten aan de gemeenten om de beslissing over bufferzones te maken, worden deze zones het zoveelste gedecentraliseerde discussiepunt zonder concrete landelijke oplossing. Hierdoor worden ongewenst zwangeren nog steeds geïntimideerd voor de kliniek en ze ervaren daarmee angst voor het simpelweg toegang zoeken tot medische hulp. Deze kwetsbare groep verdient onze bescherming en als maatschappij kunnen wij hen niet in de kou laten staan, bijna veertig jaar na de inwerkingtreding van de Wet afbreking zwangerschap.
*Dit is een direct citaat. Het betreft hier uiteraard mensen met baarmoeders
Samenwerking
Dit artikel is een samenwerking tussen feministisch tijdschrift LOVER en Samen naar de Kliniek. Vind jij het belangrijk dat dit soort artikelen worden geschreven? Doneer dan aan dit werk!
Doneer aan Samen naar de Kliniek
Het abortusbuddyproject van Stichting Samen naar de Kliniek is actief in Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Zwolle, Groningen, Roermond, en vanaf september ook in Amsterdam en Haarlem.
Meer LOVER? Volg ons op Twitter, Instagram, LinkedIn en Facebook.