La Grande en Voyageur
Nieuw muziek van Laura Gibson en Kathleen Edwards
In begin van 2012 komen er vanuit het niets twee albums uit van zangeressen die nagenoeg onbekend zijn hier: Kathleen Edwards en Laura Gibson. Beide zangeressen komen uit Noord-Amerika en verwerken allebei een soort traditionele Amerikaanse muziek in hun werk. Bij Edwards neigt dat meer richting country en blues, terwijl Gibson Americana en folk invloeden niet schuwt. Het zijn muzieksoorten die niet echt een grote markt kennen in Europa, maar dat zal deze mensen misschien niet veel uitmaken. Allebei hebben ze over een tijdsbestek van vijf jaar minstens vijf albums uitgebracht. Het gaat goed met hen.
Bij Laura Gibson’s plaat La Grande dringt zich vooral één vergelijking op. De stem, de instrumentatie, de melodiën: het lijkt allemaal best op Emiliana Torrini. Of Ane Brun. Of Emmy the Great. Of My Brigthest Diamond. Niet dat dat de pret mag drukken - de muziek is dromerig en vooral authentiek, inclusief die hoge, maar soms ook krakerige stem waar CocoRosie en consorten patent op lijken hebben. Gibson zich lijkt duidelijk bewust waarmee ze bezig is en speelt haar troeven goed uit. Spookachtige achtergrondzang en ‘white noise’ geluiden uit een radio. Het creëert een intimiteit die nooit doorbroken wordt.
Zo hoort het natuurlijk ook, maar tegelijkertijd begint het ook een beetje te vervelen. De intimiteit blijft toch een soort performance, de authenticiteit wordt een soort veiligheid waarin niemand echt geraakt wordt. Misschien is deze recensent gewoonweg verzadigd geraakt door de golf droompopfolkmuziek die de afgelopen jaren door zijn stereo is gespoeld, maar uiteindelijk doet La Grande tóch een beetje gekunsteld aan.
Voyageur van Kathleen Edwards is een heel ander verhaal. De muziek is behoorlijk rechttoe-rechtaan en is stevig geworteld in Amerikaanse radiovriendelijke poprock muziek. Denk aan Fleetwood Mac, eind jaren tachtig. Het is het soort muziek dat in Nederland vooral scoort wanneer het wordt gezongen door een schoenenverkoopster uit Almelo. De muziek lijkt niet heel veel bijzonders, maar naarmate de plaat vordert, spreken de melodiën en kristalheldere productie boekdelen: hier hebben we te maken met ambachtelijke studiomuzikanten die het ‘liedje’ als prioriteit hebben gesteld. De teksten en zang van Edwards geven de muziek een warmte mee, waardoor het nooit klinisch wordt. Toch kabbelt de muziek soms ook gewoonweg voorbij. Dat is misschien inherent aan dit soort adult-pop. Alleen soms zou je willen dat Kathleen Edwards ineens gaat brullen, of nog leuker, dat ze ineens zo’n hoge, krakerige stem opzet waardoor ze nét even anders klinkt.
Misschien moeten Laura Gibson en Kathleen Edwards gewoon eens samen toeren, dan kan het publiek kennis maken met twee soorten muzikanten die allebei heel anders muziek maken. Als daaruit voortkomt dat Gibson een beetje conformiteit overneemt van Edwards en Edwards wat eigenheid wint van Gibson, dan moet daaruit toch nóg mooiere muziek komen?
La Grande verschijnt 24 januari dit jaar op Barsuk
Voyageur verschijnt 17 januari dit jaar op MapleMusic Recordings