Vrije liefde in de kraakbeweging
Over 'Blauw en Geel en Donkerrood' van Rymke Wiersma
De titel moest even bezinken. Dagen later 'pakte' hij me nog steeds niet, moest ik nog steeds spieken als iemand mij vroeg wat ik las. Blauw en Geel en Donkerrood. Het boek kwam bij de LOVER-redactie binnen door een tip. Dat beloofde wel iets natuurlijk, en het te snel opkomen van wat op scepsis leek (alleen door een titel!) moest dan maar even worden onderdrukt. 'Een heel mooi boek,' zo werd me gezegd, en ik kan inmiddels schrijven dat ik het daar van harte mee eens ben. Het is dat ik geen dag de tijd had en mijn leesgulzigheid over gestolen uurtjes moest verdelen. Anders zou ik geschreven hebben dat ik het boek in één ruk had uitgelezen.
De auteur van het boek, Rymke Wiersma, geeft via een klein idealistisch uitgeverscollectief met de naam Atalanta boeken en boekjes uit: filosofische en anarchistische verkenningen, waaronder ook veel kinderboeken. Dit boek, waar ze vier jaar aan heeft gewerkt, is haar eerste roman. Ook hierin komen grote vragen aan de orde. Wat betekent liefde? Of vriendschap? Wat is echt belangrijk in het leven?
Het verhaal gaat over de veertienjarige wegloper Jim, een ernstig meisje dat in de kraakscene terechtkomt. Ze bouwt vriendschappen op en haar politieke verhouding tot de maatschappij krijgt vorm. Jims eigen intieme verkenningen worden gespiegeld aan de noties van vrije liefde in de vorige generatie.
Wiersma heeft een schrijfstijl waaraan je misschien even moet wennen. Haar zinnen zijn lang en een beetje wollig, al hanteert ze verder heldere taal. Haar stijl is consistent en overtuigend, ook omdat het zo mooi aansluit op de inhoud. Met de herhalingen en toevoegingen die op de vele komma's volgen maakt ze ons deelgenoot van de voorzichtige verkenningen van de hoofdpersonen.
Omdat haar moeder dood is, groeit Jim op bij haar tante die al twee kinderen heeft, en diens vriend. Er is veel ruzie in het gezin, maar Jim vindt aansluiting en liefde bij haar oom die haar vioollessen geeft. Haar tante vindt ze niet aardig, maar dat komt misschien omdat die zich zo veel zorgen maakt, bedenkt Jim.
Mensen hebben laagjes, dat snapt Jim. Dat blijft natuurlijk ook de kracht van het genre ‘bildung’ en ‘coming-of-age’. Misschien denken we soms dat besef van nuance iets is voor volwassenen, maar Jim laat zien dat hier op de drempel van de puberteit meer oog voor is dan ooit. ‘Daar stond ze – in haar lichtblauwe ochtendjas, onopgemaakt, met het lange haar los – de zus van mijn verdronken moeder. Ze had iets kwetsbaars. Als ze zo is, dacht ik, kan ik van haar houden. Maar de gedachte vervaagde alweer snel.’ Jim weet dat haar tante haar maar onaangepast vindt. Het is ook alsof alles wat ze tegen Jim zegt een waarschuwing is: om niet zo te worden als haar moeder. Maar dat maakt Jim alleen maar nieuwsgierig.
Deze nieuwsgierigheid brengt Jim – de directe aanleiding laat ik even in het midden – naar een kraakpand in U. Ze besluit de sporen van haar moeder te volgen. En die beginnen, weet ze, in de kraakwereld. Haar moeder woonde namelijk in een kraakpand met allemaal lesbiennes die de vrije liefde waren toegedaan, zo weet ze van haar tante.
Hoofdstukken over Jims avonturen en ontmoetingen worden afgewisseld met uitgetikte interviews met 'Welmoed', een vrouw, zo leren wij later, die ook in het vrouwenhuis woonde en een relatie had met Jims moeder. Welmoed neemt ons mee naar vroeger, naar 'warme lesbische fronten' en 'strijdbare vrolijkheid'.
Zo spint het boek de verhalen van vrouwen uit opeenvolgende generaties door elkaar. Steeds meer puzzelstukjes vullen de witte plekken in Jims jeugd en het verleden van haar moeder. Centraal staan de idealen die vorm krijgen en richting geven aan het leven, maar ook het zoeken naar nuance en evenwicht in een wereld die niet eenduidig is. Dat blijkt al uit de namen. Jim heet ook wel Mia of Jemie. (Want Jim, dat kan natuurlijk niet voor een meisje). Haar moeder heet Marianne Zoe, maar ook Rianna, Rianne of Zoa.
Dan toch iets over de titel. Een van Jims eigenaardigheden is dat cijfers voor haar kleuren hebben, en namen van mensen ook. Zo bouwt ze haar eigen systemen, die voor anderen niet altijd even doorgrondelijk zijn. Maar Jims visies zijn niet zo rigide dat ze tot teleurstelling en eenzaamheid leiden, wat bij haar moeder wel het geval was. Deze tragische valkuil wordt door Welmoed treffend omschreven naar aanleiding van een lievelingshanddoek van Zoa, Jims moeder: ‘… alleen doorgaan met met wat aan haar hoge eisen voldoet, diegenen die aan haar hoge eisen voldoen, teleurgesteld zijn in de rest. In de geelgroengeblokte of de bruingrijsgestreepte – handdoeken, of mensen – omdat ze niet blauw of rood zijn of niet de juiste kleur blauw of rood.'
Blauw en Geel en Donkerrood is een oprecht boek. De personages zijn overtuigend. Nooit worden ze karikaturaal, terwijl dat gemakkelijk had gekund. Toch is het zeker geen zwaarmoedig boek. Ondanks de grote onderwerpen blijft het boek licht en prettig leesbaar. Een aanrader.