#MeNeither
Ik heb toen ook niets gezegd. Tegen niemand. Waarom zou ik dat doen? Er is uiteindelijk niets gebeurd…
Het begon vrij onschuldig: ah, wat een mooi rokje heb je aan. Ik ben vergeten te zeggen dat je er vandaag mooi uitzag. Hoe zou dat komen? Ik ben toch niet echt een flirterig type. Maar ook geen assertief type. Soms misschien te laks. Daarom kreeg ik dat allemaal te horen, dacht ik toen.
Ik vond het een ongevaarlijk spel, dus ik deed gewoon mee. Dat kan toch nergens toe leiden. De spelregels zijn duidelijk: ik blijf aan mijn kant van de tafel, jij zit achterover geleund aan jouw kant.
Veel later besefte ik dat ik een serieuze inschattingsfout maakte.
Want toespelingen zijn toch iets meer dan enkel vage hersenspinsels. Ze zijn beelden die omgevormd worden tot daden.
Het spel begint meer op een drama te lijken, als je op een gegeven moment met de rug tegen de muur staat. Soms is dat letterlijk het geval. Gelukkig was dat bij mij niet zo.
***
Voor ik het weet zit ik op zijn schoot. Het bureau is leeg, iedereen is naar huis. Camera’s hebben we hier niet hangen… Ik voel me niet bedreigd. Alleen ongemakkelijk. Mijn hersenen lijken het gebeuren niet te registreren. Of het lukt me niet om het meteen te verwerken, om het te linken aan #grensoverschrijdendgedrag. Ik wil het ‘normaal’ doen lijken. Of niet laten blijken dat ik bang ben.
Maar het is allesbehalve ‘normaal’. Want voor mij is het een border. Een lijn waar je niet voorbij mag. En toch heb je dat gedaan.
In drijfzand kun je niet verdrinken maar je zakt er wel in…
***
Waarom is het toch altijd hetzelfde liedje, met een baas die over de schreef gaat en een meid die het toch wel of net helemaal niet zag aankomen?
***
Geschrokken spring ik van zijn schoot. Ik wil een afstand van kilometers houden maar we zijn nu eenmaal in dezelfde ruimte. Ik adem dezelfde lucht in en voel zijn blik op me gericht. No escape dus. Ik wil de situatie … ja - wat wil ik eigenlijk met die situatie? Omkeren kan niet. Normaliseren lijkt me uiteindelijk de beste uitweg. Gewoon doen alsof me dat niet raakt. Alsof het voor de grap is.
Toch is het normaliseren en bagatelliseren niet helemaal hetzelfde.
Je denkt waarschijnlijk dat je je dat kan permitteren. Je verdedigt je niet ineens als ik vraag wat je aan het doen bent. Als uitleg krijg ik alleen te horen:
"We zijn toch ‘close’." Volgende dag nadat ik mezelf heb herpakt, confronteer ik hem met ‘de daad’:
"Je zou het toch niet doen als er andere mensen bij waren, toch?"
Je kent het antwoord waarschijnlijk.
Dat hoor je ook wel eens: "Ik kan er niets aan doen. Het vlees is zwak."
Na een paar maanden of misschien weken (dat herinner ik me eerlijk gezegd niet meer) houdt het vanzelf op. Ik hoop alleen dat ik de enige was.
***
Sociale controle en het actief afkeuren van ongepast gedrag biedt op korte termijn blijkbaar veel meer kansen dan het onderwijs, de politiek en het strafrecht, lees ik in een stukje over de #metoo avond in Pakhuis de Zwijger.
Mhm, dat zeiden mijn vrienden ook. Dat ik duidelijk moest maken dat het niet om te lachen was. Niet reageren op ‘grapjes’, maar kordaat afkappen. Ik dacht toen: "komaan, je hebt toch nog een sense of humor, we moeten niet altijd zo serieus zijn…
Nu zou ik waarschijnlijk toch wat anders reageren. Maar toen dacht ik: een nieuwe job, nieuwe omgeving, dat vraagt wat flexibeler gedrag.
Dus ik bleef maar rekken tot ik niet meer terug kon.
Schuldig voelde ik me niet. Ik zag de andere ook niet als een dader. Alleen bleef een gedachte hangen dat het niet zou mogen gebeuren…
***
Blijkbaar is grensoverschrijdend gedrag bij een scheve machtsverhouding altijd strafbaar. Goed, dat bespaart me tenminste een heel gedoe met het vergaren van bewijzen.
De vraag is alleen of ik nu nog iets zou moeten doen… Zou de zaak ondertussen verjaard zijn? Ik ben trouwens weg - dan heeft dat toch niet zo veel zin…
Toch weet ik goed genoeg dat je de slapende honden het best wel wakker maakt. Daarom dit artikel, at least.
***
Lees meer verhalen van Ula op haar blog www.ordinary-stories.eu.