Geen Stem/No Vote/Keine Stimme
EU-immigranten en hun politieke limbo
Ik woon lang genoeg in Nederland om slachtoffer te zijn van een Verlust der Muttersprache. Zeker, wanneer Nederlanders te snel met me praten begrijp ik ze nog steeds niet altijd. Of ik doe langer over mijn antwoord dan mijn gesprekspartner lief is (en dat klinkt dan niet altijd even intelligent). De taalvaardigheid van je moedertaal te verliezen, is het resultaat van een ander fenomeen: zoals elke andere migrant besefte ook ik me op een zeker moment dat ik evenmin Nederlander ben geworden, als Oostenrijker ben gebleven. Ik ga op vakantie naar Oostenrijk, maar mijn leven speelt zich af in Nederland, waar ik werk en studeer, mijn belastingen betaal en toeslagen ontvang. Het politieke landschap van Oostenrijk is me even vreemd geworden als mijn moedertaal. Er is nu eenmaal een verschil tussen weten wat er speelt in een land en er onmiddellijk bij betrokken zijn. Emotioneel en rationeel wegen voor mij de beslissingen van Nederlandse politici zwaarder. Toch mag ik niet stemmen in Nederland.
Laten we duidelijk zijn: mijn positie als migrant is niet te vergelijken met die van een politiek vluchteling. Ik besef goed dat ik hier spreek vanuit een luxepositie. Waar andere migranten louter slachtoffer zijn van Europees-Nederlands beleid, behoor i tot de gelukkige mensen voor wie de opkomst van de Europese Unie een win-win situatie was en nog steeds is. Dat komt vooral doordat ik hier een universitaire opleiding heb genoten die in Oostenrijk simpelweg niet bestaat of voor mij moeilijk toegankelijk was.
Desondanks sta ik uiterst kritisch tegenover de Europese Unie, die naast economische samenwerking tussen de lidstaten zich vooral ook richt op een soort meta-burgerschap. De burger moet vrij kunnen bewegen binnen de EU. Je moet in elk land dezelfde rechten en plichten hebben. Dit beginsel is – net als andere concepten van de Europese Unie – aardig bedoeld, maar niet goed doordacht. Het feit wil namelijk dat de meeste overheidsinstanties niet weten wat de rechten en plichten van een unieburger zijn en je daardoor als Europees burger met regelmaat obstakels tegenkomt. Deze obstakels beginnen bij de verzekering en eindigen bij je recht om aan verkiezingen deel te nemen.
Voor Oostenrijkers was Nederland lange tijd de utopische droom van een tolerante staat. De groeiende intolerantie in Nederland tegenover randgroepen in de afgelopen jaren was voor mij dan ook schrikwekkend. Tegelijkertijd ontbrak de mogelijkheid om deze ontwikkelingen op een gedoogde manier te beïnvloeden. Het mooie verhaal van politieke vrijheid dat de EU zo voorstaat, is voor mij geëindigd in een zelfgekozen politieke limbo. Waar ik mag stemmen, daar wil ik geen invloed uitoefenen; waar de politiek bepalend is voor mijn leven, daar mag ik niet stemmen.
Het was mooi geweest als de EU dit concept van de unieburger wat pragmatischer had aangepakt. Om betrokken te raken bij de stad waarin je woont, mag je na enkele jaren deelnemen aan de gemeenteraadsverkiezingen van lidstaten. Je mag zelf kiezen waar jij stemt voor het Europese parlement. Waarom mag je niet zelf beslissen waar je deelneemt aan de Kamerverkiezingen? Als je een aantal jaar in één land hebt gewoond, kun je zelf kiezen of je liever in je geboorteland of in je land van verblijf een stem uitbrengt. Geef de EU-burger de mogelijkheid om haar democratisch recht aan haar betrokkenheid te koppelen.
Dit is een artikel in een serie van artikelen over de Tweede Kamerverkiezingen 2012. Lees ook:
Prostitutie: Elke Dag Spannend
Van Onze Homo's Blijven Ze Af!